“En in de tijd van [het] einde zal de koning van het zuiden met hem in botsing komen, en de koning van het noorden zal op hem aanstormen”

– Daniel 11:40 –

De occulte invloeden van de Vrijmetselarij zijn in iedere grote organisatie van betekenis terug te vinden, in zowel politiek als religie Sinds de Sovjet-Unie bijna twintig jaar geleden uiteen is gevallen, zijn Jehovah’s Getuigen enigszins de identiteit van de profetische koning van het noorden uit het oog verloren. Dit is wat het Wachttorengenootschap over deze kwestie heeft verklaard:

‘Door de ontbinding van de Sovjet-Unie in december 1991, is de koning van het noorden getroffen door een ernstige tegenslag. Wie zal deze koning zijn zodra Daniel 11:44-45 wordt vervuld? Zal hij worden geïdentificeerd als een van de landen die deel uitmaken van de voormalige Sovjet-Unie? Of zal zijn identiteit volledig veranderen zoals hij voorheen ook al meerdere malen heeft gedaan? Zal de ontwikkeling van nucleaire wapens door overige landen leiden tot een nieuwe wapenwedloop welke van invloed zal zijn op de identiteit van deze koning? Alleen de tijd zal antwoord bieden op deze vragen. Wij moeten wijs zijn door hierover niet te speculeren. Zodra de koning van het noorden zich zal opmaken voor zijn laatste veldtocht, zal de vervulling van de profetie duidelijk worden waargenomen door allen die Bijbels inzicht hebben.’

In werkelijkheid is de koning van het noorden niet ‘getroffen door een ernstige tegenslag’ als gevolg van de ontbinding van de Sovjet-Unie, zoals in het commentaar uit Schenk aandacht aan Daniëls profetie! wordt beweerd. In plaats van de koning van het noorden is het echter de interpretatie van de profetie van Daniël door het Wachttorengenootschap welke getroffen is door een ernstige tegenslag. Volgens de profetie van Daniël zal de koning van het noorden slagen in zijn succes. Het zal de koning van het zuiden zijn die een ‘ernstige tegenslag’ zal krijgen te verduren – precies het tegenovergestelde van de interpretatie die het Genootschap aanhangt.

Overigens beweert het Wachttorengenootschap dat de tijd van het einde begonnen zou zijn in 1914, waarbij vermoedelijk de profetie van Daniël vervolgens werd ontzegeld. Maar indien dat het geval zou zijn, dat de profetie bijna een eeuw geleden werd ontzegeld, waarom bevinden Jehovah’s Getuigen zich dan nog steeds in het duister wat betreft de identiteit van de koning van het noorden? Waarom moeten zij dan nog wachten op ‘de tijd die antwoord zal bieden op deze vragen’, wachtend op het moment dat ‘de koning van het noorden zich opmaakt voor zijn laatste veldslag’, totdat de waarheid duidelijk zal worden? Dit is een ander voorbeeld van de dubbele tong aan de zijde van de dwaze profeten.

In plaats van af te zien van het speculeren over wie nu de volgende nieuwe koning zal zijn – alsof er op dit huidige moment niet een zou kunnen zijn – lijkt het nu een uitermate geschikte tijd om te heroverwegen of de Sovjet-Unie en Duitsland überhaupt wel ooit in de positie zijn geweest van de koning van het noorden. Sterker nog: in het licht van het beschamende feit dat de interpretaties van het Wachttorengenootschap hebben geleid tot een doodlopende weg, zonder een mogelijke werkbare manier waarmee de huidige politieke ontwikkelingen begrepen kunnen worden in het licht van de profetie, is het essentieel om het oude kader te herzien en dit te vervangen door een nieuw kader in afwachting van de werkelijke ontzegeling van de profetie van Daniël gedurende de tijd van het einde.

Om het spoor van de koning van het noorden op te kunnen pakken, is een goede plaats om te beginnen Daniël 11:20-22, dat luidt: ‘En in zijn positie moet er een opstaan die een afperser door het prachtige koninkrijk laat trekken, en in enkele dagen zal hij verbroken worden, maar niet in toorn, noch in oorlogvoering.

De interpretatie van het Wachttorengenootschap van dit deel van de profetie lijkt juist te zijn. Degene die opstond in de positie van de koning van het noorden op dat moment was Caesar Augustus, de eerste keizer van Rome. Augustus besloot dat er een volkstelling moest worden gehouden, waarna later bleek dat dit was ten behoeve van het betalen van belastingen en de vervulling van de dienstplicht; dus liet hij ‘door het prachtige koninkrijk van Judea een afperser rondtrekken’. Kort daarna stierf Augustus een natuurlijke dood.

Nadat Augustus was opgevolgd door keizer Tiberius, die overigens bij naam werd genoemd in het boek van Lukas in verband met de doop en de zalving van Jezus, staat er in Daniel 11:21 over de opvolger van Augustus geschreven: ‘En in zijn positie moet er een opstaan die te verachten is, en men zal hem stellig niet de waardigheid van [het] koninkrijk verlenen; en hij zal werkelijk binnenkomen gedurende [een tijd van] onbezorgdheid en door middel van geslepen gladheid [het] koninkrijk bemachtigen.

De interpretatie van het Wachttorengenootschap ten aanzien van het bovenstaande vers klinkt ook plausibel, maar het blijft echter onduidelijk hoe ‘men hem stellig niet de waardigheid van het koninkrijk zal verlenen’. De Wachttoren merkt op dat ‘de waardigheid van het koninkrijk’ ‘met tegenzin aan hem gegeven zal worden, slechts nadat alle andere mogelijke opvolgers waren gedood’.

Echter, misschien was het wel de waardigheid van het Judese koninkrijk dat niet was ingesteld op Tiberius, om de reden dat de Joden hun Romeinse overheersers verachtten, met inbegrip van Pontius Pilatus, die door Tiberius tot gouverneur van Jeruzalem werd benoemd. In de Joodse geschiedenis staat een aantal incidenten geregistreerd waarbij Pilatus schuldig werd bevonden aan het op grove wijze schenden van een aantal Joodse religieuze gevoeligheden. Immers wordt in het voorgaande vers in deze context verwezen naar ‘het prachtige koninkrijk’ van David.

Overweeg in dit verband eens hoe Pilatus tijdens één gelegenheid bijna een opstand had ontketend toen hij Romeinse vaandels had geplaatst in Jeruzalem, die herinnerden aan de verafschuwde imperiale aanwezigheid van Rome. De Joden tartten echter het gezag van Pilatus, waarbij zij hem niet de waardigheid verleenden met betrekking tot zijn positie waarin hij door Tiberius werd aangesteld, en eisten dat de vaandels uit de heilige stad zouden worden verwijderd. Pilatus beval zijn soldaten om de Joden te omsingelen, maar zij bleven standvastig staan, zelfs toen zij riskeerden te worden geëxecuteerd, waardoor Pilatus uiteindelijk werd gedwongen om de vaandels te verwijderen.

Tijdens een andere gelegenheid hing Pilatus ter ere van de keizer enkele schilden op in het paleis van Herodes. Ook ditmaal namen de Joden hieraan aanstoot en richtten hun verzoek aan Tiberius, die uiteindelijk beval dat de gewraakte schilden moesten worden verwijderd. Op deze manier zou Tiberius zich dus op goede voet aan de Joden hebben gepresenteerd door ‘met geslepen gladheid het koninkrijk te bemachtigen’.

Tegen de tijd dat Christus werd geëxecuteerd, zwoeren de leiders van het Joodse koninkrijk hun volledige trouw aan Tiberius met de volgende woorden: ‘Wij hebben geen andere koning dan Caesar!’ Op dat moment werd dus niet alleen het Judese koninkrijk bestuurd door de gladheid van de Romeinse koning van de het noorden, maar ook de geboortegrond en het oorspronkelijke werkterrein van het christendom kwam zelfs nog verder onder invloed van het gezag van de koning van het noorden.

Het 22ste vers gaat verder door over de Romeinse koning van het noorden te zeggen: ‘En wat de armen van de vloed betreft, ze zullen wegens hem overstroomd worden, en ze zullen verbroken worden; zo ook de Leider van het verbond.’ Terwijl ‘de Leider van het verbond’ zonder enige twijfel Jezus Christus betreft, wat wordt dan precies bedoeld met datgene dat ‘wegens hem overstroomd zal worden’? De interpretatie van de Wachttoren-organisatie lijkt op grote schaal het punt te missen. Ze zeggen het volgende:

‘En wat de armen van de vloed betreft – de militaire strijdkrachten van de omringende koninkrijken – zei de engel: “Zij zullen overstroomd worden en ze zullen verbroken worden.” Toen Tiberius de koning van het noorden werd, was zijn neef Germanicus Caesar bevelhebber van de Romeinse troepen aan de Rijn. In 15 n.Chr. leidde Germanicus zijn troepen met enig succes tegen de Duitse held Arminius. Echter, wegens de beperkte overwinningen tegen een zeer hoge prijs staakte Tiberius daarna zijn activiteiten in Duitsland. In plaats daarvan probeerde hij te voorkomen dat Germaanse stammen zich zouden verenigen, door het bevorderen van een burgeroorlog. Tiberius was over het algemeen een voorstander van een defensief beleid omtrent buitenlandse politiek en gericht op het versterken van de grenzen. Deze benadering was redelijk succesvol. Op deze manier werden ‘de armen van de vloed’ bedwongen en gebroken.’

Volgens het Wachttorengenootschap vormden de ‘armen van de vloed’ de Germaanse legers die aan de noordelijke rand van het rijk vijandig tegenover Rome stonden. Echter lijkt het Wachttorengenootschap te zeggen dat de Germaanse krachten zowel de ‘armen van de vloed’ betreffen, als de ‘ze’ die ‘overstroomd’ worden. Maar hoe redelijk is het om dit te veronderstellen? Het Wachttorengenootschap biedt geen enkele zinnige uitleg over hoe de armen van de vloed werden overstroomd.

In de tweede plaats lijkt het geheel onterecht om de conclusie te trekken dat het voornaamwoord ‘ze’ die werden ‘overspoeld’ verwijst naar de Duitsers of Germanen, terwijl er werkelijk niets in de directe context staat geschreven wat deze verklaring onderschrijft. Gezien het feit dat de focus van de profetie te maken heeft met wat er zou gaan gebeuren in het ‘prachtige koninkrijk’ in samenhang met ‘de Leider van het Verbond’ welke door de koning van het noorden zal worden verbroken, lijkt het erop dat er met het voornaamwoord ‘ze’ een verwijzing wordt gemaakt naar de Joden. Het is uitermate twijfelachtig dat de engel een obscure strijd tussen de Germaanse stammen en de Romeinse legers in één adem zou noemen terwijl hij de executie van de Zoon van God voorspelde. De interpretatie van het Wachttorengenootschap is een non-sequitur.

Zij die zich rekenen tot vertolkers van de Bijbel doen er goed aan om in het achterhoofd te houden dat de Bijbel zichzelf interpreteert. Het negende hoofdstuk van Daniël verwijst bijvoorbeeld naar de Joodse heilige plaats (het prachtige koninkrijk) en ‘het volk van een leider’ dat wordt overstroomd en ten verderve zal worden gebracht door het walgelijke ding nadat de Messias is afgesneden. Dat is precies hetzelfde onderwerp van het vers in kwestie in verband met de koning van het noorden.

Het lijkt redelijk om te concluderen dat de ‘zij’ waarover wordt gesproken die zullen worden overstroomd en ‘gebroken’ in Daniel 11:22 de bewoners zijn van het ‘prachtige koninkrijk’, die op een tragische wijze de ‘Leider van het Verbond’ hebben afgewezen. De vloed der verwoesting deed zich natuurlijk in 70 n.Chr. voor, toen de Romeinen onder generaal Titus Jeruzalem compleet hadden verwoest.

Klaarblijkelijk kan de identiteit van de koning van het noorden niet in elke fase worden beperkt tot slechts één enkel individu, zoals Tiberius. Maar in plaats daarvan gaat de profetie verder met het meerekenen en omvatten van de ontwikkelingen die individuele koningen, zoals Tiberius, in beweging hebben gezet.

‘DOOR MIDDEL VAN EEN KLEINE NATIE’

Aangezien dit aspect van de profetie ons leidt naar de tijd van na het bewind van de verachte opvolger van Augustus, Tiberius, is ook het commentaar van het Wachttorengenootschap ten aanzien van de nakomende reeks verzen aan herziening toe: ‘En omdat men zich met hem verbonden heeft, zal hij bedrog plegen en werkelijk opkomen en machtig worden door middel van een kleine natie.’

Het commentaar uit het Schenk aandacht-boek interpreteert de profetie alsof deze van toepassing is op de interne aangelegenheden van de Romeinse politieke macht. ‘Hun bondgenootschap met hem’ wordt beschreven als zijnde dat het van toepassing is op de Romeinse senaat. Maar nogmaals: er wordt in deze context niets gezegd over de willekeurige toekenning van het voornaamwoord ‘men’ aan een entiteit zoals de Romeinse senaat. De context moet zijn dat ‘ze worden overstroomd wegens hem’.

Het lijkt er dus op dat de profetie stelt dat de Joden zich verbonden met het Romeinse Rijk. Maar hoe? Nogmaals: rekening houdend met het feit dat de Schrift zichzelf interpreteert, is de 2de Psalm een Messiaanse profetie, die de apostelen toegepast hadden op de antichrist-samenzwering die zich in de eerste eeuw ontwikkelde tussen de Joodse leiders en de Romeinse heerser Pontius Pilatus. In Handelingen 4:26-28 baden de apostelen tot God, waarbij zij de tweede Psalm citeerden en deze geïnspireerde woorden van interpretatie aanboden en zeiden: ‘De koningen der aarde hebben zich opgesteld en de regeerders hebben zich als één [blok] aaneengesloten tegen Jehovah en tegen zijn gezalfde.’ Zo ook waren in deze stad zowel Hero̱des als Po̱ntius Pila̱tus, te zamen met [mensen der] natiën en met volken van I̱sraël, in werkelijkheid vergaderd tegen uw heilige knecht Jezus, die gij hebt gezalfd, om alles te doen wat uw hand en raad van tevoren had bepaald dat zou geschieden.

Lukas meldt ook dat Herodes, de nominale Joods Edomitische koning, en Pontius Pilatus vrienden werden op de dag dat Christus werd geëxecuteerd. Lukas 23:11-12 zegt: ‘Toen maakte Hero̱des samen met de soldaten van zijn wacht hem te schande, en hij dreef de spot met hem door hem in een schitterend kleed te steken en zond hem naar Pila̱tus terug. Op diezelfde dag nu werden Hero̱des en Pila̱tus elkaars vrienden; tevoren namelijk leefden zij in voortdurende vijandschap met elkaar.’

De ongepaste politieke alliantie tussen de Joden en hun verachte Romeinse meesters kan worden beschouwd als een aspect van de vervulling van de profetie van Daniël. Het is echter duidelijk dat de tweede Psalm een meer verregaande toepassing kent.

Op dit punt is het belangrijk om kennis te nemen van een aantal cruciale details. ‘Het Sieraadland’ in Daniel 11:16 en ‘het Sieraadland’ in het 41ste vers zijn niet hetzelfde. Dit komt doordat het oorspronkelijke Sieraadland het letterlijke ‘prachtige koninkrijk’ van Juda betrof. Echter, tijdens Pentecost in 33 n.Chr. werd een christelijk Israël gecreëerd, en dat is het koninkrijk waarover Christus als koning werd aangesteld. Dus de gezalfde gemeente die toen ontstond vormt het hedendaagse ‘Sieraadland’. Jehovah’s Getuigen snappen al dat dit ook het geval is.

Ook is de ‘Leider van het Verbond’, Christus, niet de leider van het mozaïsche verbond dat God met het volk Israël was aangegaan. Jezus bemiddelt een verbond met de leden van ‘het Israël van God’, zoals Paulus de christelijke gemeente noemde. Maar tragisch genoeg bleek dat net als bij de vleselijke Israëlitische natie die Christus had verworpen en die vervolgens afvallig werd, er ook een afvalligheid ontwikkeld werd kort nadat de geestelijke natie Israël was ontstaan.

Met deze overlappende profetische kenmerken in het achterhoofd is het opmerkelijk dat afvallige christelijke bisschoppen zich ook allieerden met de Romeinse koning van het noorden, evenals de Joodse leiders destijds hadden gedaan. Hoe is dit dan tot stand gekomen?

Na de dood van de apostelen werd de christenheid geleidelijk steeds meer corrupt en verdorven. Hoewel de christenen uiteindelijk slechts ongeveer 10 procent van de totale bevolking uitmaakten die in de vierde eeuw onder Romeinse heerschappij leefde, maakte keizer Constantijn het ‘christendom’ tot een staatsgodsdienst. Hieruit werd de christenheid dus geboren.

Door middel hiervan werd het Romeinse Rijk in de gelegenheid gesteld om ‘machtig te worden door middel van een kleine natie’ – de ‘kleine natie’ die voortkwam uit het Israël van God. En door middel van de valse christenen die ‘zich met hem verbonden’, werd de koning van het noorden in staat gesteld om verdere ‘misleiding te plegen’.

Sta hier eens bij stil: doordat Constantijn binnen het uitgestrekte Romeinse Rijk het afvallige christendom tot zijn officiële staatsreligie had gemaakt, werd de keizer van Rome -de koning van het noorden – het titulair ofwel titeldragende hoofd van wat de gemeente van Christus was geweest.

En wat een verstrekkende gevolgen heeft deze misleidende alliantie gehad! Tot op de dag van vandaag is het christendom onafscheidelijk onder het juk gebracht van de politiek machthebbers. In Groot-Brittannië bijvoorbeeld wordt de benoemde koning tevens ook benoemd tot het hoofd van de Kerk van Engeland. Vanwege deze langdurige onheilige alliantie leven honderden miljoenen katholieken, protestanten en leden van orthodoxe kerken onder het valse doctrinaire systeem van aanbidding, dat voor het eerst werd ingesteld door de Raad van Nicea van keizer Constantijn.

Ten aanzien van de interpretatie van het Wachttorengenootschap in het commentaar van Schenk aandacht aan Daniëls profetie! stelt het Genootschap dat de ‘kleine natie’ de zogenoemde Praetorian Guard is. De Praetorian Guard of Pretoriaanse Garde was een elitegroep van speciaal uitgekozen infanterie en cavaleristen die dienden als een soort geheime dienst en lijfwacht voor de keizer. Maar is het werkelijk accuraat om te zeggen dat de keizer machtig werd door hun toedoen? Niet echt, nee. De Caesars waren machtig omdat zij een enorm leger beheersten, niet slechts alleen hun Pretoriaanse lijfwachten. In sommige opzichten werd zelfs ook de Pretoriaanse Garde beschouwd als een bedreiging in de vorm van het risico op een mogelijke moord op de keizer, omdat zij vrijwel altijd in de nabijheid van de troon waren. Het gevolg hiervan was dat zij dikwijls zeer royaal werden betaald om zo veel mogelijk verzekerd te zijn van hun loyaliteit.

Echter niet alleen om die reden is de interpretatie van het Wachttorengenootschap onverdedigbaar. De relevante vraag is waarom Jehovah zich überhaupt bezig zou hebben gehouden met zo’n onbeduidende waas uit de geschiedenis en waarom Hij verzuimd zou hebben om enig licht te werpen op hoe het Romeinse Rijk zou voortduren vanaf de oudheid tot de moderne tijd. Zoals het er nu uitziet, op basis van het commentaar van het Wachttorengenootschap, verstrekt de profetie geen informatie over hoe de koning van het noorden de zogenaamde val van het Romeinse Rijk heeft overleefd. Het Wachttorengenootschap geeft in zijn eigen commentaar zelfs grif het volgende toe, waar we lezen op pagina 242 in het boekje Schenk aandacht aan Daniëls profetie!:

‘Zonder onnodige details te verschaffen over de ondergang van het Romeinse Rijk, een proces dat eeuwen heeft geduurd, vervolgde Jehovah’s engel met het voorzeggen van verdere ondernemingen van de koning van het noorden en de koning van het zuiden. Een kort overzicht van bepaalde ontwikkelingen in het Romeinse Rijk zal ons echter helpen de twee rivaliserende koningen in latere tijden te identificeren.’

Het commentaar van het Wachttorengenootschap zorgt ervoor dat onderzoekende Bijbelstudenten zichzelf verbijsterd achter hun oren krabben over de vraag waarom Jehovah zogenaamd de behoefte zou hebben gevoeld om ons te informeren over een inconsequente geschiedenis die te maken heeft met de schermutselingen aan de grens van het Germaanse front, de onbeduidende handelingen tussen de Romeinse senaat ten aanzien van Caesar en de Pretoriaanse Garde, terwijl het de ‘onnodige details’ heeft weggelaten over hoe het kwam dat het Romeinse Rijk zichzelf heeft veranderd in de christenheid om zich zo te vereeuwigen tot aan de moderne tijd. Naar vermoeden is het primaire doel waarom God ons de profetie heeft gegeven niet alleen geweest om indruk op ons te maken met zijn vooruitziende blik. Een van de belangrijkste doeleinden van de profetie is om te laten zien hoe Gods voornemens zich hebben ontvouwd, en zich tevens zullen ontvouwen, in relatie tot zijn volk. Zeker is dat Jehovah’s voornemen nauw is verweven met het legendarische verleden van de christenheid, al was het alleen maar zodat wij ons bewust zijn van ons spirituele erfgoed, waardoor wij in staat worden gesteld te begrijpen waarom de wereld op dit moment verkeert in de staat waarin zij zich bevindt op het gebied van de wereldpolitiek en haar religieuze omstandigheden. Echter, de door de organisatie geprefereerde interpretaties stellen Bijbelstudenten voor een enorme onoverbrugbare kloof tussen de Romeinse Caesars en de moderne koning van het noorden, wie het ook moge zijn. Waarlijk, de aansporing van het Wachttorengenootschap om aandacht te blijven schenken aan de profetie van Daniël is inderdaad een heel goed advies!

Als we teruggaan naar Daniel 11:24 lezen we: ‘Gedurende [een tijd van] onbezorgdheid zal hij zelfs in de vetheid van het rechtsgebied binnenkomen en werkelijk doen wat zijn vaderen en de vaderen van zijn vaderen niet gedaan hebben. Roofgoed en buit en have zal hij onder hen uitstrooien; en tegen versterkte plaatsen zal hij zijn snode plannen beramen, doch slechts tot een [zekere] tijd.’

Het Wachttorengenootschap biedt geen uitleg over wat Caesar Tiberius zou kunnen hebben gedaan ‘wat zijn vaderen en de vaderen van zijn vaderen niet gedaan hebben’. Er wordt ons simpelweg verteld dat Tiberius een aantal verbeteringen doorvoerde binnen het Romeinse Rijk, de belastingdruk verlichtte, en dat dit de wijze was waarop de koning van het noorden de buit over het rijk verdeelde. Maar als het inderdaad zo zou zijn dat ‘hun bondgenootschap met hem’ een secundaire vervulling zou hebben ten aanzien van de afvallige bisschoppen die zich bondgenoten maakten van Constantijn, dan zou het 24ste vers van toepassing zijn op de periode waarin de christenheid Europa heeft gedomineerd.

Voorafgaand aan de periode van Constantijn werden christenen periodiek verbannen en vervolgd door de Romeinse keizers. Door het christendom vervolgens uit te roepen tot een door de staat gesteunde godsdienst gingen christenen een periode in die in de profetie van Daniël adequaat wordt beschreven als ‘een periode van veiligheid’.

Door middel van de gekerstende Pontifex Maximus werden de pausen afstammelingen van de Romeinse keizers, en als zodanig werd de koning van het noorden in staat gesteld om te doen wat de Caesars (‘zijn vaderen en de vaderen van zijn vaderen’) niet hadden kunnen verwezenlijken. Door middel van de pontificale regering van de koning van het noorden was hij in staat om de Europese beschaving effectiever te regeren, evenals het christendom zelf. Tot het einde van de ineenstorting van het Romeinse Rijk in de 4de en 5de eeuw, waarna het begin werd gemarkeerd van de periode van ongeveer 1000 jaar welke ook wel bekendstaat als de donkere middeleeuwen, tot aan het einde van het Heilige Roomse Rijk in de vroege jaren 1800, bleef het systeem dat door Constantijn was ingesteld aan de macht. Door middel van het feodale systeem en de keizerlijke kruistochten vervulde de koning van het noorden de profetie: ‘Roofgoed en buit en have zal hij onder hen uitstrooien.’

Echter, de overheersing door de koning van het noorden over Europa zou niet onbetwist voortduren. Zoals de profetie verklaarde: ‘En tegen versterkte plaatsen zal hij zijn snode plannen beramen, doch slechts tot een [zekere] tijd.’

‘EEN BUITENGEWOON GROTE KRIJGSMACHT’

In dit stadium worden we opnieuw voorgesteld aan de oude tegenstander van de koning van het noorden, namelijk de koning van het zuiden, waarover we in Daniël 11:25-26 lezen: ‘En hij zal zijn kracht en zijn hart tegen de koning van het zuiden opwekken met een grote krijgsmacht; en de koning van het zuiden, van zijn kant, zal zichzelf tot de oorlog aanzetten met een buitengewoon grote en sterke krijgsmacht. En hij zal niet standhouden, omdat men snode plannen tegen hem zal beramen. En dezelfden die zijn lekkernijen eten, zullen zijn verbreking veroorzaken.

Het Wachttorengenootschap leert dat dit gedeelte van de profetie werd vervuld tijdens de derde eeuw van onze jaartelling. Het commentaar uit het boek Schenk aandacht aan Daniëls profetie! (blz. 240-241) zegt:

‘Zo’n 300 jaar nadat Octavianus van Egypte een Romeinse provincie had gemaakt, nam de Romeinse keizer Aurelianus de rol van koning van het noorden over. Ondertussen bekleedde koningin Septimia Zenobia van de Romeinse kolonie Palmyra de positie van koning van het zuiden… Als heersende entiteit met Zenobia aan het hoofd, zette de koning van het zuiden zich “met een buitengewoon grote en sterke krijgsmacht”[…] Aurelianus zelf “hield geen stand vanwege snode plannen tegen hem niet staan als gevolg van regelingen tegen hem”. In 275 G.T. begon hij een veldtocht tegen de Perzen. Terwijl hij in Thracië wachtte op een gelegenheid om over te steken naar Klein-Azië, beraamden degenen “die zijn voedsel aten” snode plannen tegen hem en veroorzaakten zijn “verbreking”.’

Koningin Zenobia

Er bestaan verschillende problemen in verband met deze interpretatie. Ten eerste – hoewel er geen twijfel over bestaat dat Rome Palmyra heeft veroverd en tevens koningin Zenobia gevangen heeft genomen – bestaat er geen enkele indicatie vanuit de geschiedenis die beschrijft dat de strijd tussen het woestijnkoninkrijk van Palmyra en Rome van dergelijke epische proporties was dat de keizerlijke legioenen van Rome door de voorspellende engelen beschreven zouden moeten worden als ‘een grote krijgsmacht’, en dat de legers van Palmyra ‘een buitengewoon grote en sterke krijgsmacht’ moeten worden genoemd. Een historische bron beschrijft de twee legers van Rome en Palmyra als zijnde van gelijke grootte, bestaande uit ongeveer 70.000 soldaten per leger. Dat valt volgens de oude en moderne standaarden niet binnen de categorie van ‘een buitengewoon grote militaire krijgsmacht’.

Daarnaast bestaat er ook nog de evidente discrepantie dat koningin Zenobia geen koning was. Wellicht is het een klein detail, maar het staat vast dat als Jehovah’s engel het nodig vond om naar Cleopatra te verwijzen als zijnde van het vrouwelijke geslacht in Daniel 11:17, het geen bijzondere daad van de engel zou zijn geweest om ook aan te geven dat de koning van het zuiden een koningin was geweest.

Ten tweede identificeert het Wachttorengenootschap in zijn interpretatie de koning van het noorden als de koning die ‘niet zal standhouden, omdat men snode plannen tegen hem zal beramen’. Inderdaad, het is evident dat de Romeinse keizer Aurelianus werd verraden en vermoord door zijn eigen Pretoriaanse Garde, zoals het commentaar van het Wachttorengenootschap duidelijk vermeldt. Echter, de directe context van het vers in kwestie lijkt erop te wijzen dat het eigenlijk de koning van het zuiden is – de koning met een buitengewoon grote militaire krijgsmacht – die het slachtoffer is geworden van de conspiratieve ‘snode plannen’ van de koning van het noorden. Trouwens, de moord op Aurelianus is slechts een voetnoot in de geschiedenis en had geen significant effect op de verdere koers van het Romeinse Rijk.

De profetie onderstreept de vijandschap tussen de koningen van het noorden en het zuiden, niet de onbeduidende interne intriges binnen het eigen kamp van de koning. Een andere evidente ongerijmdheid in de toepassing van dit gedeelte van de profetie door het Wachttorengenootschap is het feit dat het vers zegt: ‘Men zal snode plannen tegen hem beramen’, waarin ‘plannen’ wordt geschreven in meervoud, als in tal van plannen. Het is duidelijk dat het gezonde verstand zegt dat slechts één moordcomplot succesvol kan zijn. En dat alle daaropvolgende ‘plannen’ om Aurelianus te vermoorden overbodig zouden zijn geweest.

Tot slot is de meest schrijnende tekortkoming ten aanzien van de interpretatie van het Genootschap dat het volgende vers in Daniël, dat verwijst naar de twee koningen die aan dezelfde tafel leugens zitten te spreken, wordt toegepast op een conferentie van Europese leiders in Den Haag in 1898!

In het bijzonder valt het volgende punt op: aan de hand van de interpretatie van het Wachttorengenootschap wordt er een onverklaarbare sprong gemaakt van een relatief onbelangrijke strijd en politieke moord in de 3de eeuw naar een obscure ontmoeting tussen rivaliserende Europese landen aan het einde van de 19de eeuw!

Onderzoekende christenen hebben alle reden om zich af te vragen of Jehovah’s methode waarmee Hij toekomstige gebeurtenissen voorspelt werkelijk zo onlogisch en onsamenhangend is.

Ruïnes van Palmyra

Het is evident dat het Wachttorengenootschap ten onrechte in de veronderstelling is dat Gods openbarende engel geen ‘onnodige details’ verstrekt, terwijl het de interpretaties van het Wachttorengenootschap zijn die zich richten op loutere voetnoten uit de geschiedenis in plaats van op iets veelbetekenends.

Als gevolg van de aanname dat de openbarende engel vermoedelijk geen ‘onnodige details’ verstrekte, heeft het Wachttorengenootschap zichzelf op deze manier gedwongen om een groot deel van zijn eigen commentaar te wijden aan het invullen van de benodigde gegevens om een uitleg te kunnen geven over datgene wat de engel kennelijk heeft verzuimd te doen.

Maar in plaats van te veronderstellen dat de profetie van Daniël louter kleinigheden voorzegt, terwijl de significante brede historische ontwikkelingen die de wereld hebben gevormd over het hoofd worden gezien, zou het wellicht tijd worden om de interpretatie van Daniëls profetie door het Wachttorengenootschap helemaal te schrappen. Indien het niet op dit moment zou gebeuren, zal het zeker later aan bod komen als onderdeel van de vele dingen die zullen worden weggegooid waarover Jesaja voorzei: ‘Gij zult ze wegstrooien. Als een menstruerende vrouw zult gij ertegen zeggen: “Louter vuil!”’

‘DEELS VAN IJZER, DEELS VAN GEVORMD LEEM’

Het is voor discussie vatbaar dat de eeuwenlange strijd om dominantie tussen de koning van het noorden en de koning van het zuiden het primaire fenomeen is waar de moderne geschiedenis om draait. Echter moet de voortdurende strijd tussen de twee rivaliserende koningen niet slechts worden bezien in termen van een militair conflict tussen twee tegengestelde nationale legers op het slagveld. Totale oorlogvoering is slechts een uiterlijke expressie van een diep onderliggend filosofisch conflict. Om de voortdurende vijandschap tussen de koning van het noorden en de koning van het zuiden te kunnen begrijpen, is het essentieel om de twee tegengestelde ideologieën te begrijpen die tot nu toe de wereld hebben gepolariseerd.

Net zoals moderne tweepartijpolitieke systemen ogenschijnlijk tegenover elkaar staan door middel van tegengestelde partijprogramma’s ten aanzien van diverse politieke standpunten, is het conflict tussen de koning van het noorden en de koning van het zuiden geworteld in twee onderlinge antagonistische systemen.

Elders in Daniël zinspeelt de profeet op het meest vooraanstaande wereldkoninkrijk dat politiek en ideologisch is verdeeld: ‘En zoals gij aanschouwd hebt dat de voeten en de tenen deels van gevormd leem van een pottenbakker en deels van ijzer waren: het koninkrijk zelf zal verdeeld blijken te zijn, maar iets van de hardheid van ijzer zal erin blijken te zijn, aangezien, zoals gij hebt aanschouwd, het ijzer vermengd was met vochtig leem. En wat de tenen van de voeten aangaat, die deels van ijzer en deels van gevormd leem waren: het koninkrijk zal deels sterk blijken te zijn en zal deels broos blijken te zijn. Zoals gij hebt aanschouwd dat het ijzer vermengd was met vochtig leem: zij zullen zich gaan vermengen met het nageslacht der mensen; maar zij zullen zich niet aan elkaar blijken te hechten, de een aan de ander, net als ijzer zich niet met gevormd leem vermengt’ (Daniël 2:41-43).

De koning van het noorden en de koning van het zuiden worden ook gesymboliseerd door de ijzeren en lemen voeten van de metalen kolos van Nebukadnezar. Maar wat symboliseren deze twee onverenigbare materialen in de echte wereld? Simpel gezegd: het ijzer vertegenwoordigt heerschappij en macht, en het leem, ofwel de klei, staat voor de republikeinse, democratische bestuursvorm of regering. IJzer is een gepast symbool voor het imperiale bewind dat met ijzeren vuist regeert, terwijl daarentegen de mensheid oorspronkelijk werd geschapen vanuit het stof der aarde, wat de eigenschappen van het leem als een passend symbool voor de gewone mens symboliseert. De inleiding van de Grondwet van de Verenigde Staten (Constitution) omschrijft dit het best: ‘Wij de mensen’ (We the people).

Republicanisme is de tegenhanger van oligarchisme en monarchie. De oligarchen van de heersende klasse en de elite zien zichzelf meestal als inherent superieur aan de lagere klassen. Zij beschouwen de mensheid in het algemeen als niets meer dan een opvoedbare beestensoort. Toch hebben de monarchieën en de oligarchische kringen met wie zij verbonden zijn zich ‘vermengd met het nageslacht van de mensheid’ als gevolg van een structuur van parlementaire en democratische machtsdeling die in de loop der tijd tot stand is gekomen.

Echter, het metalen beeld uit Daniel portretteert de opvolging van individuele wereldmachten en niet de onbeduidende systemen of ideologieën. Nu dit het geval blijkt te zijn, moet de moderne politieke uitbeelding van het ijzer en het leem worden geprojecteerd op de huidige dualistische Anglo-Amerikaanse wereldmacht. Inderdaad, tot op de dag van vandaag is Londen, als opvolger van het Romeinse Rijk, de hoofdstad gebleven waarbinnen de meest machtige oligarchie zetelt die deze planeet ooit heeft geregeerd. Tot voorkort vormden de Verenigde Staten van oudsher de regerend titelhouder van de mensenrechten, vrijheid en democratie. Samen waren Groot-Brittannië en de Verenigde Staten elkaars bondgenoten in een fusie van twee incongruente ofwel onwerkbare systemen – die de Anglo-Amerikaanse alliantie vormen.

Om de voortdurende oorlog tussen de koning van het noorden en de koning van het zuiden vandaag de dag volledig te kunnen begrijpen, moet men beseffen dat er ooit een tijd was dat de koning van het noorden totale dominantie bezat. De profetie in het tweede hoofdstuk van Daniël maakt ook evident duidelijk dat het ijzer en het leem waaruit de voeten en tenen van het politieke beeld zijn gevormd slechts een relatief recent fenomeen zijn. De benen van ijzer tonen aan dat een enkele macht ofwel natie regeerde voorafgaand aan het mengsel van ijzer en leem. De geschiedenis is getuige geweest van het feit dat het Romeinse Rijk en zijn nakomelingschap, de christenheid, en tot slot het Britse Rijk, elkaar op hun beurt weer hebben opgevolgd. Maar terwijl het Vaticaan en Constantinopel aan het wedijveren waren om religieuze en politieke controle over een groot deel van de planeet tijdens de zogenoemde Dark Ages ofwel de donkere middeleeuwen, werd Venetië stilletjes de financiële hoofdstad van de wereld.

Onder bestuur van hun aangestelde doge (hertog van Venetië) vestigde de miljardairsclub van de Venetiaanse oligarchie Venetië als de machtigste stadstaat zich binnen het gehele feodale Europa. Daarna exporteerden de Venetianen in de 16de eeuw hun financiële woekersysteem naar Londen, zodat gedurende de tussenliggende eeuwen de getransplanteerde Venetiaanse inrichting zich geleidelijk kon omvormen tot het moderne mondiale financiële systeem van Wall Street en het IMF.

Het wordt algemeen beschouwd als een publiek geheim dat de in Londen gecentreerde oligarchie van vandaag werd gevormd naar de Venetiaanse organisatie. Door middel van het Venetiaanse getransplanteerde bankierssysteem werd de City of London de erfgenaam en bedrijver van het Romeinse Rijk, dus de koning van het noorden. Hoe zit het dan met de koning van het zuiden?

In de periode dat het feodale stelsel Europa domineerde, leefde 95 procent van de bevolking als horige slaven. Hoewel de Zwarte Dood ironisch genoeg het continent langer dan een eeuw heeft geteisterd, ging dit gepaard met gunstige politieke en sociale veranderingen. Omdat de reeks van plagen de werkende bevolking op dusdanige schaal had gedecimeerd (schattingen variëren tussen een derde tot de helft van de bevolking), waren arbeidskrachten in die periode erg gewild. Vakmensen en ambachtslieden werden toen uiteindelijk in staat gesteld om een hoger loon te eisen, wat het begin markeerde van wat uiteindelijk de middenklasse zou gaan worden. Tegelijkertijd resulteerde de renaissance ook in het feit dat de Europese beschaving in haar algemeenheid in staat gesteld werd om zich te ontwikkelen en zich op technologisch gebied te verheffen. Uiteindelijk begonnen in Frankrijk in de 15de en 16de eeuw onder koning Lodewijk XI soevereine natiestaten vorm te krijgen als alternatief voor het feodalisme en het imperium.

Het was echter pas na de kolonisatie van Amerika door de Europeanen dat de eerste echte onafhankelijke natiestaatrepubliek, de Verenigde Staten, uiteindelijk werd gevormd. Voorafgaand aan deze tijdsperiode bevochten de natiën elkaar nog om heerschappij, maar voor het eerst in de moderne geschiedenis van het oligarchische systeem werd zijzelf geconfronteerd met een geduchte uitdager. Zo is het ook gekomen dat de profetische koningen van het noorden en het zuiden zijn begonnen hun eeuwenlange vijandschap te hernieuwen in de moderne tijd.

De strijd tussen de Verenigde Staten en Groot-Brittannië ging verder na de Revolutionaire Oorlog en de oorlog van 1812, toen de Britse soldaten de woning van de president in brand hadden gestoken. Terwijl theoretisch historici de kwestie van de slavernij als de enige oorzaak aanwezen van de Amerikaanse Burgeroorlog, had de werkelijke onderliggende oorzaak van het conflict te maken met het conflict tussen het Amerikaanse economische systeem en het Britse economische systeem. Het fundamentele verschil tussen deze twee stelsels is dat bij het Amerikaanse systeem de overheid grondwettelijk verplicht is om haar macht te gebruiken ten behoeve van het algemeen welzijn van al haar staatsburgers. Het Britse systeem is enkel gericht op het behalen van maximale rentevoordelen en winst, terwijl het goedkope arbeidskrachten exploiteert door middel van het toepassen van verschillende vormen van slavernij – wat vandaag de dag ook wel bekendstaat als globalisme en vrijhandel (pdf).

De Amerikaanse Burgeroorlog was in werkelijkheid een manifestatie van het zich ontwikkelende conflict tussen de entiteiten die in de profetie worden uitgebeeld als het ijzer en het leem. In de aanloop naar de Burgeroorlog waren de Verenigde Staten vastbesloten om het systeem van de slavernij dat zij hadden geërfd van de oorspronkelijke koloniale machten af ​​te schaffen. Hoewel Groot-Brittannië de slavenhandel al aan het begin van de jaren 1800 had verboden – of wat sommigen ook zouden kunnen zeggen: dat zij deze walgelijke mensenhandel hadden uitbesteed aan Spanje –, bleven niettemin de Engelse katoenfabrieken de belangrijkste begunstigden van de door slaven geproduceerde katoen uit het zuiden. Wat als onderbelicht feit uit de geschiedenis kan worden opgemaakt, is dat de Britse monarchie de Confederatie heeft gesteund in een poging om de eendracht van de Verenigde Staten te dwarsbomen door een verdeel-en-heerstaktiek. Als het niet had gelegen aan de Amerikaanse-Russische alliantie en de bedreiging door tsaar Alexander om de Russische marine te gebruiken om zo een ​​Britse blokkade van de havens van de Union te voorkomen, dan zou de oorlog een heel andere uitkomst hebben gehad. Het was tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog toen Abraham Lincoln begon aan een versneld programma van spoorwegbouw en natievorming dat ervoor heeft gezorgd dat de Verenigde Staten hun koers hebben kunnen voortzetten voor verdere conflicten met de in Londen gecentreerde oligarchie.

Zover als menselijke intriges kunnen gaan, is het Amerikaanse stelsel in vele opzichten superieur aan het Brits- Venetiaanse systeem, met als gevolg dat andere landen begonnen te industrialiseren en te streven naar het Amerikaans-economische model – voornamelijk Duitsland, Japan, Rusland en China –, waarna het Britse Rijk werd gedwongen om maatregelen te nemen om de verdere verspreiding van het Amerikaanse stelsel te dwarsbomen, omdat het anders uiteindelijk met uitsterven bedreigd zou worden. De voorgenomen Berlijn-Bagdad-spoorlijn was de laatste druppel. De Britse koopvaardij bezat bijna een monopolie op de maritieme handel en was vastbesloten om een volledig monopolie te vestigen over de recent ontdekte olievelden in het Midden-Oosten. Een spoorweg over land, die het Midden-Oosten met het hart van Europa zou verbinden was onaanvaardbaar voor de Lords van Londen. Britse geopolitieke machinaties onder koning Edward VII slaagden er uiteindelijk in om de Eerste Wereldoorlog te provoceren, en door middel van die oorlog werden de Verenigde Staten ondermijnd in hun historische missie ten aanzien van hun oppositie tegen het oligarchisme en werden zij vervolgens verwikkeld in een strijd om hun eigen heerschappij te kunnen behouden!

Nu de historische basis is gelegd voor de epische strijd tussen twee vijandige systemen, kunnen de huidige gebeurtenissen in een beter licht worden geplaatst in het kader van de profetie van de koningen van het noorden en het zuiden.

Nadat we reeds de redenen tot herinterpretatie van Daniël 11:23-24 hebben onderbouwd, is het logische gevolg dat ook de interpretatie van Daniël 11:25-26 aan wijziging onderhevig is. Nogmaals: in deze verzen staat: ‘En hij zal zijn kracht en zijn hart tegen de koning van het zuiden opwekken met een grote krijgsmacht; en de koning van het zuiden, van zijn kant, zal zichzelf tot de oorlog aanzetten met een buitengewoon grote en sterke krijgsmacht. En hij zal niet standhouden, omdat men snode plannen tegen hem zal beramen. En dezelfden die zijn lekkernijen eten, zullen zijn verbreking veroorzaken. En wat zijn krijgsmacht aangaat, die zal weggespoeld worden, en er zullen stellig vele verslagenen vallen.

Als een alternatieve interpretatie, en in het licht van de eerder voorgestelde herzieningen, kan een hernieuwing van het conflict tussen de koningen van het noorden en het zuiden waarbij ‘een buitengewoon grote en sterke krijgsmacht’ betrokken is, zeker voldoen aan de beschrijving van de Grote Oorlog van 1914. Vanuit een breed historisch perspectief, dat ongetwijfeld de wijze zou zijn waarop Jehovah aardse zaken zou bezien, was de Eerste Wereldoorlog een epische strijd tussen de overblijfselen van de Romeinse keizerlijke macht en de expanderende krachten van de republikeinse staatsvorm, die werd geboren tijdens de renaissance en werd ontketend door de Amerikaanse Revolutie.

Zoals algemeen bekend is, was de Eerste Wereldoorlog de meest intense episode van bloedvergieten in de wereldgeschiedenis tot op dat moment. Meer dan 35 miljoen mensen werden gedood of gewond tijdens het bloedbad. In de profetie van Daniël staat: ‘Er zullen stellig vele verslagenen vallen.’ Enorme aantallen mannen werden gemobiliseerd voor de oorlog. Sommige schattingen ten aanzien van het totale aantal gewapende mannen tijdens de Eerste Wereldoorlog lopen op tot 65.000.000! Dit past absoluut bij de omschrijving van de engel met betrekking tot ‘een buitengewoon grote en sterke krijgsmacht’. Het is overduidelijk dat deze grote aantallen ruimschoots de getallen overschrijden van de gecombineerde krachten van de Palmyrenen en de Romeinse legers.

Maar als de Verenigde Staten en Groot-Brittannië zegevierende bondgenoten van elkaar waren gedurende de Eerste Wereldoorlog, en als Amerika de koning van het zuiden vertegenwoordigt, op welke manier kan dan worden gezegd dat de koning van het zuiden zal bezwijken als gevolg van de snode plannen van de koning van het noorden? Het antwoord op die vraag zou u wellicht verbazen.

‘ZIJ ZULLEN SNODE PLANNEN TEGEN HEM BERAMEN’

Na de Burgeroorlog ontpopten de Verenigde Staten zich al snel als de grootste industriële macht op aarde. Het werd voor de toonaangevende oligarchische kringen in Londen en Europa al snel duidelijk dat het formele Britse Rijk zijn hoogtepunt onder koningin Victoria had bereikt en dat zij gedoemd zou zijn om in de 20ste eeuw in de irrelevantie te verdwijnen als er niets aan zou worden gedaan. En wat nog het meest alarmerende voor de kolonialisten en imperialisten was, was dat andere landen zeer enthousiast waren om het Amerikaanse ontwikkelingsmodel na te streven.

In zijn boek The Anglo-American Establishment beschreef historicus Carroll Quigley in opmerkelijk veel detail hoe een groot aantal overlappende geheime genootschappen en ronde-tafeldiscussiegroepen in Groot-Brittannië werd gevormd tijdens de jaren die direct voorafgingen aan de Eerste Wereldoorlog, hoofdzakelijk gericht op het ondermijnen van de Verenigde Staten met als doel om de VS weer te laten vallen onder de controle en heerschappij van het Britse Rijk. Een van deze groepen was The Fabian Society, die werd opgericht in de late jaren 1800 en die als langetermijndoelstelling had om de wereld te conditioneren tot acceptatie van het socialisme. Later, in 1919, werd het Koninklijk Instituut voor Internationale Zaken (Royal Institute for International Affairs) opgericht (ook bekend als Chatham House), met als doelstelling het bevorderen van de Anglo-Amerikaanse betrekkingen. De ultrarijke diamantenmagnaat Cecil Rhodes, naar wie het Afrikaanse land Rhodesië werd vernoemd (nu Zimbabwe), H.G. Wells, Bertrand Russell en lord Alfred Milner, Rothschild e.a., lijken de voornaamste architecten te zijn geweest van het zich nog steeds ontvouwende subversieve samenzweringscomplot om het Britse Rijk nieuw leven in te blazen teneinde weer een wereldregering te worden.

Een fragment uit een boek dat in 1980 is uitgegeven door Carol White beschrijft een bijeenkomst van de Coefficients Club die in 1903 in Londen heeft plaatsgevonden, bestaande uit samenzwerende imperialisten, waarvan het doel was om na te gaan hoe zij de Verenigde Staten in hun macht konden krijgen, zodat deze voor Londen zouden kunnen dienen als dumb giant (domme reus), waarbij de VS ingezet zouden kunnen worden om hun oorlogen voor hen te voeren en om hun rekeningen te betalen. Zover als samenzweringen kunnen gaan, is dit het complot der complotten: om het Amerikaanse economische systeem over de gehele planeet te vernietigen en een nieuw Engels wereldrijk (Anglo-world empire) te realiseren – ook wel een ‘nieuwe wereldorde’ of New World Order, zoals het vandaag de dag ook wel wordt aangeduid. Met het oog op het bereiken van hun open samenzwering, zoals H.G. Wells het noemde, erkenden de samenzweerders dat zij eerst de Amerikaanse productiemotor moesten verlammen door middel van het beheersen van het krediet, wat feitelijk betekende; het vernietigen van het bestaande nationale bankensysteem binnen de Verenigde Staten.

Edward Griffin documenteerde in zijn boek The Creature from Jekyll Island tot in detail hoe in 1913 door middel van hun Amerikaanse agenten, zoals Paul Warburg, J.P. Morgan, en anderen, het ‘oud-geld’ (old-money) bankensyndicaat, dat in Londen was gecentreerd, erin was geslaagd om de Federal Reserve Bank op te dringen aan de Verenigde Staten. Dit resulteerde erin dat de economische soevereiniteit van Amerika werd overgeleverd in de handen van een exclusieve kliek van bankiers, die een bankenkartel vormden, met zijn eigen doelstellingen, die lijnrecht stonden tegenover die van het volk. Een dergelijke handeling was ongrondwettelijk (unconstitutional), en is precies wat de oprichters van Amerika probeerden te voorkomen. Maar het complot was zo succesvol dat tot op de dag van vandaag de meeste Amerikanen ervan uitgaan dat de regering van de Verenigde Staten de eigenaar is van de Federal Reserve. Zij is dat echter niet. Terwijl de Federal Reserve wordt bestuurd door een raad van federaal benoemde gouverneurs, wijst Edward Griffin er in zijn boek op dat het slechts een dekmantel is om te doen voorkomen dat de Federal Reserve een overheidsinstelling is (zie Edward Griffin op YouTube).

Jehovah’s ongeëvenaarde vooruitziende blik lijkt zeker deze voortdurende samenzwering te hebben beschreven toen eeuwen geleden de geïnspireerde profeet schreef: ‘En zij zullen snode plannen tegen hem beramen.’

Het tweede aspect ten aanzien van de beramingen van de plannen vanuit het Rijk van de financiers betreft het opstoken van een oorlog op het vasteland van Europa.

De originele oprichters van de Verenigde Staten van Amerika zagen het belang ervan in om afstand te houden van buitenlandse verwikkelingen en oorlogen. Met dit als doel, articuleerde president James Monroe in 1823 het buitenlandse politieke beleid van de Verenigde Staten, wat ook wel bekendstaat als de Monroe-doctrine. Waar het in wezen op neerkomt is dat de doctrine stelt dat de Verenigde Staten niet betrokken willen raken bij buitenlandse affaires in Europa en dat de Europese koloniale machten zich op hun beurt niet mogen mengen in de binnenlandse zaken van Amerika.

In de aanloop naar de Eerste Wereldoorlog gingen de Verenigde Staten door met het handhaven van hun neutraliteit in de richting van de Europese mogendheden. Zelfs toen de oorlog uitbrak in Europa – hoofdzakelijk te wijten aan de vele verstrengelde allianties tussen de Europese natiën – bleven de Verenigde Staten neutraal. Bijvoorbeeld, op 19 augustus 1914, richtte president Woodrow Wilson zich tot het Amerikaanse Congres en zei: ‘Elke man die echt van Amerika houdt zal handelen en spreken in de ware geest van neutraliteit, die de geest is van onpartijdigheid, rechtvaardigheid en vriendelijkheid ten aanzien van alle betrokkenen.’

Het tot zinken brengen van de onder de Britse vlag varende Lusitania door Duitse U-boten, wat resulteerde in de dood van zo’n 120 Amerikanen, trok in 1917 uiteindelijk de Verenigde Staten de Eerste Wereldoorlog in aan de zijde van de Britten en de Fransen. Echter, tot op de dag van vandaag blijft de controverse bestaan over de vraag of de Britten de Duitsers door middel van lokaas hebben verleid tot het torpederen van de Lusitania door de informatie uit te laten lekken dat het passagiersschip ‘stiekem’ munitie vervoerde van New York naar Groot-Brittannië. Vermoedelijk verlaagde de Lusitania zelfs haar snelheid om zo langer te blijven varen in de door onderzeeboten geteisterde wateren voor de kust van Ierland. Of deze specifieke Lusitiaanse complottheorie waar is of niet doet er niet toe; wat historisch significant is, is het feit dat anti-Duitse propaganda uiteindelijk de Amerikaanse opinie deed omkeren in het voordeel van de Britten. Dat was immers al de hele tijd de intentie van de samenzweerders.

Woodrow Wilsons dichtstbijzijnde vertrouweling en adviseur, kolonel Edwin Mandell House, werd vaak aangeduid als Wilsons alter ego, en was in feite een Anglofiel (zo niet een regelrechte Britse agent) en degene die het meest verantwoordelijk kan worden gehouden voor de aansturing van de Verenigde Staten regelrecht de Eerste Wereldoorlog in. House was blijkbaar ook invloedrijk ten aanzien van de oprichting van de Federal Reserve Bank, en was daarnaast ook dienstig bij de oprichting van de Council on Foreign Relations in 1919, wat weer de Amerikaanse tegenhanger is van het Londense Royal Institute for International Affairs. Beide organisaties zijn toegewijd aan de oprichting van een gecontroleerd Anglo-Amerikaans Rijk, evenals de vernietiging van het natiestatensysteem. Als belangrijkste adviseur van Woodrow Wilson wordt Edwin House ook bestempeld als de Amerikaanse architect van de Volkenbond (League of Nations).

Hoewel de deelname van de Verenigde Staten aan de Grote Oorlog snel het machtsevenwicht deed omslaan in het voordeel van de zogenoemde bondgenoten (allies), diende Amerika slechts alleen als ‘domme reus/dumb giant’ van Londen, waarbij ze zich na afloop hadden opgezadeld met een centrale bank in buitenlandse handen en een nationaal beleid dat steeds meer onder de invloed kwam van de Britse imperialisten. Na een eeuw van strijd tegen de geopolitieke machinaties van Londen werd Amerika door middel van de gebeurtenissen rondom de Eerste Wereldoorlog met succes gemanipuleerd richting de positie van de trouwste bondgenoot van de voormalige koloniale meester. De imperialistische belangen van Londen werden gediend doordat hun continentale imperiale rivalen werden verpletterd. Op deze manier werd dus de Amerikaanse koning van het zuiden gelokt in een verderfelijke koers door verraders die loyaal waren aan de Kroon, zodat de Schriftplaats is vervuld waarin stond voorzegd: ‘En dezelfden die zijn lekkernijen eten, zullen zijn verbreking veroorzaken.

Op 28 juni 1919 zaten de zegevierende geallieerden samen aan de vredestafel en dwongen Duitsland de voorwaarden van het Verdrag van Versailles te accepteren. De ondertekenaars van het verdrag deden voorkomen alsof vrede de opzet was. Dat was echter een leugen. Historici zijn het erover eens dat de voorwaarden van de overwinnaars in het verdrag zo flagrant bestraffend waren, met name wat betreft de wraakzuchtig exorbitante herstelbetalingen die werden opgelegd aan Duitsland, dat in werkelijkheid het ‘vredesverdrag’ van Versailles de opkomst mogelijk maakte van het nazisme, waardoor de Tweede Wereldoorlog praktisch onvermijdelijk zou zijn!

Op deze manier werd Daniel 11:27 vervuld: ‘En wat deze twee koningen betreft, hun hart zal geneigd zijn het kwade te doen, en aan één tafel zullen zij louter leugen blijven spreken. Maar niets zal succes hebben, want [het] einde is nog voor de bestemde tijd.

Terwijl het Britse Rijk succesvol was in het prijsmaken van hun ‘domme reus’ (Verenigde Staten), waren ze niet ook meteen succesvol in het creëren van een Anglo-gecontroleerde superstaat, wat volgens sommigen het beoogde doel was van de oprichting van de Volkenbond. Ondanks het feit dat de Volkenbond door bepaalde geestelijken uit die dagen werd geprezen als de ‘politieke uiting van Gods koninkrijk op aarde’, weigerde de Amerikaanse Senaat het verdrag te ratificeren, met als reden dat dit een schending zou zijn van de Monroe-doctrine. De profetische lotsbestemming zou de koning van het noorden niet toestaan om zijn felbegeerde doel van onbetwiste wereldheerschappij te bereiken tot het einde van de bestemde tijd.

In de tussentijd, 11 jaar na het einde van de Grote Oorlog, gebruikte de koning van het noorden zijn nieuw verworven macht over de financiële zaken van de koning van het zuiden door verder aan te sturen op ‘het veroorzaken van zijn verbreking’ door financiële oorlogvoering. In zijn boek Against Oligarchy documenteerde de historicus Webster Tarpley nauwgezet hoe London de Grote Depressie teweegbracht.

‘ZIJN HART ZAL TEGEN HET VERBOND ZIJN’

Omdat bijvoorbeeld een complot tegen de koning van het zuiden onsuccesvol bleek, doordat Franklin Roosevelt zijn presidentiële bevoegdheden gebruikte om op te treden tegen degenen die hij ‘economisch royalisten’ noemde ten tijde van de Grote Depressie, werd er een samenzwering beraamd van binnen uit de financiersoligarchie om zo de regering van de Verenigde Staten omver te werpen. Deze poging werd verijdeld toen een hooggeplaatste militaire officier, Smedley Butler, de samenzwering ten overstaan van het Amerikaanse Congres blootlegde. Om de relatie met Londen aan te tonen bleek dat vrijwel alle samenzweerders verbonden waren met Wall Street en de door de Britten voortgebrachte Council on Foreign Relations (Wall Street’s Failed 1934 Coup).

Maar behalve dat de sluwe imperialisten niet alleen vastbesloten waren om het Amerikaanse economische systeem uit te roeien, hadden zij ook de intentie om het christendom te controleren, te corrumperen en te vernietigen; omdat in hun ogen het republikeinse systeem zijn legitimiteit vond in het fundamentele principe dat de mens de gelijkenis is van God. En tegen het einde van de 19de eeuw is dit feit zeker niet aan de aandacht van de demonische machten – de werkelijke heersers van deze wereld – ontsnapt dat een kleine kring van gezalfde christenen zich begon te scharen rondom Charles Taze Russell en het Wachttorengenootschap. Net als in de eerste eeuw zal de koning van het noorden geconfronteerd worden met de aardse vijanden van zijn satanische meester. Daarom lezen we in Daniel 11:28: ‘En hij zal met een grote hoeveelheid have naar zijn land terugkeren, en zijn hart zal tegen het heilig verbond zijn. En hij zal doeltreffend handelen en stellig naar zijn land terugkeren.

Zoals de geschiedenis heeft uitgewezen, heeft het Romeinse Rijk oorspronkelijk op meedogenloos kwaadaardige wijze de christenen vervolgd, echter naarmate de tijd verstreek bekleedde Rome een steeds meer meegaande positie ten aanzien van de christenheid en uiteindelijk adopteerde het Romeinse Rijk zelfs de corrupte vorm van het christendom en nam het aan als staatsgodsdienst. Nadat koning Henry VIII van Engeland de banden met het Romeinse Vaticaan had verbroken, creëerde Londen zijn eigen staatsreligie in de vorm van de anglicaanse Kerk van Engeland. Echter, door de opmars van een levendige beweging bestaande uit gezalfde christenen tijdens het latere deel van de jaren 1800 – die een ‘heilig verbond’ met Jehovah hadden, middels Christus – zou het goed mogelijk kunnen zijn dat de koning van het noorden ‘terug zal keren naar zijn land’, in de zin van de terugkeer naar het oorspronkelijke Roomse beleid van absolute tegenstand en vervolging.

Niet toevallig bracht de Zetel van het Rijk (seat of the Empire) kort voor de periode dat de International Bible Students begonnen met het promoten van de oorspronkelijke Bijbelse leerstellingen ook diverse virulente vormen van anti-christendom voort. Hieronder vielen onder meer het darwinisme, het communisme en de opvatting uit het satanisme dat de mens is geëvolueerd uit lagere levensvormen. Door de gestaag toenemende controle van de oligarchie over academische instellingen en de media heeft de evolutieleer bijna de Bijbelse waarheid over de goddelijke oorsprong van de mensheid weten te verdringen.

Helena Blavatsky

Tevens werd ongeveer in dezelfde periode toen C.T. Russell de eerste publicatie van de Wachttoren publiceerde het satanisme in Amerika geïnstitutionaliseerd door het Jehovah-hatende geestenmedium Helena Blavatsky. Hoewel Blavatsky werd geboren in Rusland, belandde ze, nadat ze de wereld was overgereisd, uiteindelijk in Londen, waar haar occulte theosofie door velen uit de Britse aristocratie werd omarmd. Uiteindelijk vond Blavatsky haar weg naar New York, waar ze meewerkte aan de totstandkoming van de Theosofische Vereniging (Theosophical Society). Via de hogere niveaus binnen de vrijmetselarij heeft Blavatsky’s theosofie de basis gevormd voor de huidige immens populaire veelzijdige new age-religie. De oorspronkelijk in Groot-Brittannië geboren Alice Bailey was een productief occult schrijfster en lid van de Theosofische Vereniging. In 1922 richtte ze in New York City een uitgeverij op, genaamd Lucis Trust. Vandaag de dag is Lucis Trust een vooraanstaand ngo-lid met consultatieve status bij de Verenigde Naties en is tevens een uitgesproken promotor van de Verenigde Naties. Omgekeerd is de invloed van Lucis Trust ongetwijfeld de reden geweest waarom new age-pantheïsme door de Verenigde Naties ook is geaccepteerd als officieuze religie van de Verenigde Naties.

Echter, de koning van het noorden trad ook agressiever op tegen het ‘heilige verbond’. Terwijl de invloed van de Internationale Bijbelonderzoekers voet aan de grond begon te krijgen in heel Noord-Amerika en Europa – in eerste instantie door middel van dergelijke middelen zoals het ontzettend succesvolle Foto Drama van de Schepping, en later via de radio en door middel van gedrukte literatuur, begonnen miljoenen mensen blootgesteld te worden aan de lang verborgen Bijbelse waarheden. Het duurde echter niet lang voordat de zaden van de oorlog die destijds in Versailles werden geplant ontkiemden tot het fascisme, de Holocaust en de verschrikkingen van de Tweede Wereldoorlog, als een directe krenking gericht tegen het heilige verbond.

Daniël 11:29-30 voorspelde nog een andere botsing tussen de koning van het noorden en de koning van het zuiden: ‘Op de bestemde tijd zal hij terugkeren, en hij zal werkelijk tegen het zuiden komen; maar het zal in het laatst niet zo blijken te zijn als in het eerst. En tegen hem zullen stellig de schepen van Ki̱ttim komen, en hij zal moedeloos moeten worden. En hij zal werkelijk terugkeren en verdoemenissen tegen het heilig verbond slingeren en doeltreffend handelen; en hij zal moeten terugkeren en zal acht geven op hen die het heilig verbond verlaten.

Tekstboekversies over de geschiedenis portretteren Hitler en het nazisme als een volledig Duitse creatie. In werkelijkheid werd Hitler gefinancierd en ondersteund door bepaalde elementen van het anti-Amerikaanse financierssysteem. Met een nadrukkelijk belang in dit huidige moment uit de geschiedenis documenteerde Webster Tarpley in zijn Unauthorized Biography of George Bush hoe de grootvader van de 43ste president dienstig bleek in het veiligstellen van leningen van Brown Brothers Harriman voor Adolf Hitler en zijn naziregime. Het is daarnaast ook algemeen bekend dat de ultrarijke Rockefeller-familie, zelfs tijdens de oorlog, zakelijke contacten met de nazi’s onderhield. Executive Intelligence Review beschikt over documenten van de Amerikaanse regering uit die periode die onlangs zijn vrijgegeven, waaruit blijkt dat de administratie van Franklin Roosevelt zich bewust was van het feit dat er Europese financiële belangen achter het complot zaten om het Sovjetcommunisme uit te spelen tegen het nazisme, als een soort klem, met als doel om de Europese natiën angst aan te jagen en hen zo te stimuleren om hun nationale regeringen te laten ontbinden teneinde een ​​feodale superstaat te vormen. De United States Intelligence duidde de fascistische beweging van die periode aan als het synarchisme (een synergie van het fascisme en het communisme).

In harmonie met de wijze waarop de profetie van Daniël is geschreven, moeten we er niet van uitgaan dat de identiteit van de koning van het noorden en het zuiden van het ene vers naar het volgende vers zo abrupt zal veranderen, zoals wel door het Wachttorengenootschap wordt geleerd. En in overeenstemming met de werkelijke feiten uit de geschiedenis heeft de Tweede Wereldoorlog zich zo opnieuw gemanifesteerd als een gebeurtenis tussen de Verenigde Staten tegen de machinaties van het Britse Rijk. Terwijl de eens zo machtige Amerikaanse economie in een depressie verzeild raakte en de natie zich op de rand bevond van een kanteling naar het bankiersfascisme, was het de bedoeling van de koning van het noorden om de coup de grâce ofwel de genadeklap uit te delen aan de koning van het zuiden door middel van het loslaten van de gecombineerde krachten van de nazi’s en de Japanse imperialisten tegen de Verenigde Staten.

De dingen gingen echter niet zoals de sluwe oligarchie had gepland. Hun eerdere successen tegen de koning van het zuiden zouden zich niet herhalen – althans niet tijdens de Tweede Wereldoorlog; zoals de profetie reeds had voorzegd: ‘Maar het zal in het laatst niet zo blijken te zijn als in het eerst.’

Tijdens en na de oorlog werd het Amerikaanse economische systeem wederom ontketend, waarbij de natie na de Grote Depressie snel uit het slop werd getrokken. Het resultaat hiervan was dat de Verenigde Staten een economische en militaire supermacht werden, en door middel van het Marshall-plan werden de landen van West-Europa ook geholpen om snel te herstellen van de verwoestende gevolgen van de oorlog. Na de Tweede Wereldoorlog werd de imperialistische koning van het noorden geconfronteerd met een nieuwe golf van nationalistische trots en economische kracht, en in de woorden van de engel: ‘En hij zal moedeloos moeten worden.’

‘HEN DIE HET HEILIG VERBOND VERLATEN’

Daniel 11:30 zegt: ‘En hij zal werkelijk terugkeren en verdoemenissen tegen het heilig verbond slingeren en doeltreffend handelen; en hij zal moeten terugkeren en zal acht geven op hen die het heilig verbond verlaten.’

Maar ‘doeltreffend handelen’ tegen wat?

De interpretatie van het Wachttorengenootschap omtrent dit aspect van de profetie schrijft de vervulling ervan toe aan het Duitsland van na de Eerste Wereldoorlog en de opkomst van het nazisme. Met ‘hen die het heilig verbond verlaten’ wordt verwezen naar de geestelijken van de christenheid die Adolf Hitler hadden gesteund. Wat echter raadselachtig is, is het feit dat de geestelijken van de christenheid nooit een verbond met God hebben gehad. Hoe kunnen zij dan worden aangemerkt als ‘hen die het heilig verbond hebben verlaten’? In de optiek van het Wachttorengenootschap wordt er met de profetie van Daniël bedoeld dat zij slechts beweerden in de veronderstelling te zijn dat zij onderdeel waren van het heilige christelijke covenant.

Over de nazikoning van het noorden zoals door het Wachttorengenootschap geïnterpreteerd wordt, wordt ook gezegd dat hij diverse beschuldigingen heeft geuit tegen het heilige verbond door zijn vervolging van Jehovah’s Getuigen. Maar omdat de snode plannen van Hitlers naziregime met als doel om totale wereldoverheersing te realiseren een complete mislukking bleken te zijn, evenals zijn poging om Jehovah’s Getuigen compleet uit te roeien, hoe kan ondanks de voorgaande feiten dan redelijkerwijs worden gesteld dat de nazi’s ‘doeltreffend hebben gehandeld’?

In overeenstemming met het reeds gepresenteerde bewijsmateriaal blijkt dat Duitsland nimmer de profetische koning van het noorden is geweest. Bovendien, in plaats van dat de geestelijkheid gesymboliseerd zou moeten worden door de beschrijving van ‘hen die het heilige verbond verlaten’, zou het redelijker zijn geweest om naar hen te verwijzen die op een bepaald moment gezalfde christenen waren, maar die later afvallig zijn geworden.

Net zoals Judas een effectieve handlanger van de Romeinse koning van het noorden was gebleken, evenals het feit dat het Romeinse Rijk ook ooit effectief bleek in het verleiden van enkele gezalfde christenen in de aanloop naar en tijdens de periode van Constantijn – met als gevolg dat de gemeente van Christus effectief werd opgeslokt door wat later het christendom werd –zo begeeft in de moderne tijd de koning van het noorden zich in de gedaante van het in Londengecentreerde Rijk, en door de opkomst van Jehovah’s Getuigen gaat deze blijkbaar ‘terug’ naar de aloude strategie door de gemeente van Christus van binnenuit te infiltreren om deze zodoende van binnenuit te kunnen controleren. Hierover mag inderdaad worden gesteld dat hij daarin ‘doeltreffend heeft gehandeld’.

Het is vermeldenswaardig om te noteren dat Jezus Christus refereerde naar de aardse troon van Satan in connectie met zijn gemeente. Toen hij enkele gezalfde christenen in de gemeente van Pergamum loofde, zei Jezus: ‘Ik weet waar gij woont, namelijk daar waar de troon van Sa̱tan is.’ Het is evident dat de woorden van Jezus waren bedoeld om de invloed op de gemeente te benadrukken vanwege de nabijheid van de troon van Satan.

Als we in het achterhoofd houden dat de brieven die gericht waren aan de zeven symbolische gemeenten in Openbaring eigenlijk waren bedoeld voor hen die zouden leven gedurende de Dag des Heren, wordt het duidelijk dat er sprake is van een specifieke hoofdstad in verband met de wereldwijde regering van de Duivel in het huidige tijdperk. Van alle grote steden in de wereld lijkt Londen te dienen als de aardse troon van Satan. Met het oog op de plaats die Londen vandaag de dag inneemt als een centrale demonische plek van waaruit controle wordt uitgeoefend evenals de invloed die Londen vooral op de Verenigde Staten heeft gehad, alsook op het Wachttorengenootschap en op Jehovah’s Getuigen zelf, dienen we nu de ontwikkeling en de oorsprong van het moderne religieuze denken en de cultuur in Groot-Brittannië eens nader in beschouwing te nemen.

Naar aanleiding van de breuk tussen Engeland en het Vaticaan duurde het niet lang tot de verschillende soorten protestantse hervormers – collectief bekend als Puriteinen –braken met de Anglicaanse Kroon-versie van het katholicisme. Dit resulteerde in jarenlange bittere vervolging van de Puriteinen, wat leidde tot hun emigratie naar Amerika als de oorspronkelijke Pelgrims, en wat uiteindelijk resulteerde in de oprichting van de Amerikaanse republiek als oppositie van het Britse Rijk. Het is ook opmerkelijk dat de puriteinen de liturgische vorm van aanbidding verwierpen en een verkondigingsgebaseerde bediening ontwikkelden die ook bekend is onder Jehovah’s Getuigen van vandaag de dag.

De beschikbaarheid van de King James Bijbel en de vroomheid van de oorspronkelijke kolonisten vestigde vruchtbare grond voor het zaad van de waarheid, dat uiteindelijk in latere generaties zou worden gezaaid.

Het is begrijpelijk dat de Anglicaanse Kerk van de Koning een moeilijke tijd doormaakte toen zij zich in het vroege Amerika wilde vestigen, omdat van de leden van de kerk werd verwacht dat zij trouw zouden zweren aan de koning van Engeland. Echter, het Britse Rijk ontwikkelde een subtielere wijze om het religieuze en politieke denken te beïnvloeden en te controleren. Nadat de Kroon in het begin van 1600 de vertaling van de King James-versie van de Bijbel had geautoriseerd, werd Londen uiteindelijk de thuisbasis van tal van Bijbelgenootschappen en missionaire groeperingen. Net zoals het Vaticaan en Constantinopel eeuwenlang hun controle over de Bijbel en het religieuze denken hadden bepaald, trachtte het in opkomst zijnde Anglo-imperium hetzelfde te doen. Misschien was het wel onvermijdelijk, maar het duurde niet lang voordat de diepgaande interesse in de Bijbel aanleiding gaf tot de ontwikkeling van de leer van Brits israëlisme en het zogenoemde dispensationalism – of wat vandaag de dag ook wel ‘eindtijd-eschatologie’ wordt genoemd.

John Nelson Darby

De anglicaanse geestelijke John Nelson Darby wordt gecrediteerd voor het populariseren ervan. De meest verderfelijke uitwas van Brits israëlisme is het zionisme, dat door vrijwel alle evangelische en armageddonistische sekten en cultussen van vandaag is geadopteerd als zijnde een authentieke Bijbelse doctrine. Zionisme is specifiek de hoeksteen geworden van het Anglo-Amerikaanse buitenlandbeleid, dat zelfs voorziet in Bijbelse rechtvaardiging voor de eindeloze geopolitieke intriges in het Midden-Oosten. Misschien is het zelfs gepast om te stellen dat het zionisme zou kunnen dienen als de ontsteker voor een kernoorlog – de zionistische versie van Armageddon.

Door de leer van Brits israëlisme (of Anglo-Israelism) en het geheimzinnige apparaat van de vrijmetselarij – waar naar blijkt dat deze in sommige gevallen zelfs worden gekanaliseerd door middel van netwerken van Anglo-Amerikaanse inlichtingendiensten – heeft Londen talrijke sekten en culten uitgebroed en gecontroleerd, zoals de zogenoemde ‘Low-church’ Pentecostalism, Armstrong’s World Wide Church of God, evenals de ‘Jesus People’-movement uit de jaren 1960. De dominee Sun Myung Moon, die wordt beschouwd als een neonazi, runde de zogenoemde Moonie-sekte, ook wel bekend als de Unification Church. Het VN-promotende Baha’i-geloof blijkt ook connecties te hebben met het victoriaanse Britse Rijk; de oprichter ervan blijkt een groot voorstander te zijn van een grote politieke superstaat.

Religie werd altijd al gebruikt als een instrument van de staat, en net zoals zijn imperiale voorgangers heeft Londen ook doeltreffend gehandeld in het gebruik van religie om zijn geopolitieke doelen ten aanzien van wereldheerschappij te kunnen bereiken. De rode draad die alle sekten en cultussen lijkt te verbinden, is de matrix van geheime genootschappen.

Over Jehovah’s Getuigen wordt beweerd dat zij wortels hebben in de vrijmetselarij. Dus de volgende vraag is niet ongepast: Waar staat het Wachttorengenootschap precies in relatie tot Londens religieus-imperialistische controlesysteem?

Er heerst al jarenlange speculatie over de relatie tussen Charles Taze Russell en de vrijmetselarij. Helaas is pastor Russell zelf debet geweest aan een groot deel van deze controverse. In een preek die hij in 1913 gaf, sprak Russell zeer positief over de vrijmetselarij. Hoewel hij duidelijk verklaarde dat hij geen vrijmetselaar was, onthulde hij in zijn preek dat hij volkomen bekend was met de leer van dit geheime genootschap. Hij sprak ook over het christelijke priesterschap in de terminologie die eigen is aan de vrijmetselaars. Russell verklaarde zelfs dat Christus de meester-Metselaar was – in die zin dat hij de meester-tempelbouwer is. Hoewel er verhalen bestaan over zijn vermeende stamboom in de bloedlijn van de mystieke Illuminati, is hier geen enkele basis voor. Sterker nog: Charles Russell en de vroege Bijbel Studenten werden ongetwijfeld sterk beïnvloed door het Brits-israëlisme en het zionisme, aangezien dit werd uitgedragen en benadrukt door de Darby-beïnvloede Millerieten-adventistengroepen van de jaren 1800.

Hoewel sommige van Russells vele vijanden hebben geprobeerd om hem af te schilderen als een satanist, is het voor hen die de waarheid oprecht liefhebben overduidelijk dat C.T. Russell een diep toegewijd kind van God was. Niettemin is het helaas ook even duidelijk dat ook hij tot op zekere hoogte werd beïnvloed door de mystieke vrijmetselarij. Enkele voorbeelden hiervan zijn het kruis dat is ingebracht door een kroon, dat oorspronkelijk verscheen op de cover van Russells Watchtower Magazine, dat evident een prominent vrijmetselaarssymbool is. Dit geldt ook voor het occulte oude Egyptische symbool van de gevleugelde zon dat op tal van boeken van het Genootschap stond afgebeeld. En alhoewel Russell het gebruik ervan rechtvaardigde door de link te leggen met Maleachi 4:2, is het Wachttorengenootschap uiteindelijk in al zijn wijsheid gestopt met het gebruik van occulte symbolen op zijn literatuur. Russells interesse met betrekking tot de piramiden getuigt ook van zijn fascinatie ten aanzien van de vrijmetselarij. Als voorbeeld: zijn dispensational pyramidal Chart of the Ages leent zich uit dezelfde occulte symboliek die ook staat afgedrukt op de Great Seal van het Federal Reserve-biljet. Hoewel postuum aangelegd, markeert in Pennsylvania enkele meters naast zijn grafsteen tot op de dag van vandaag een vrijmetselaarspiramide Russells graf als gedenkteken.

Gezien deze onmiskenbare feiten, is het duidelijk dat het gebruik van deze krachtige occulte symbolen door het Wachttorengenootschap gedurende de beginjaren niet alleen als bewijs dient, maar toont daarnaast ook aan dat zij erdoor werden beïnvloed. Daarnaast moet de aanwezigheid van deze mystieke typologie ook hebben gediend om andere vrijmetselaars tot de organisatie aan te trekken, en door het gebruik van deze middelen en symbolen is ook het Wachttorengenootschap zeer zeker in het geheim geïnfiltreerd geweest en ongetwijfeld subtiel beïnvloed met betrekking tot diegenen die, zoals de profetie zegt, ‘het heilige verbond hebben verlaten’.

‘VERDOEMENISSEN TEGEN HET HEILIG VERBOND SLINGEREN’

Met het oog op alle eerdere successen van de Romeinse koning van het noorden met betrekking tot het ondermijnen van de christenheid, en daarnaast de vele aanwezige bewijzen van Londens inspanningen om christelijke sekten in onze moderne tijd te controleren, is het zeer onwaarschijnlijk dat Satan de Duivel er niet alles aan zou doen om zijn aardse apparaat te gebruiken om de ware dienaren van Jehovah te misleiden. Maar alvorens we verder zullen onderzoeken hoe de koning van het noorden de Jehovah’s Getuigen geïnfiltreerd zou kunnen hebben, volgt er een korte beschouwing van de overige manieren waarop de imperiale koning van het noorden ‘doeltreffend’ heeft gehandeld.

Na de Tweede Wereldoorlog werd het Britse Rijk nogmaals geconfronteerd met de uitdaging van de oplevende Amerikaanse koning van het zuiden, en daarnaast ook nog eens met de snel groeiende New World Society van Jehovah’s Getuigen. Het gevolg hiervan was dat het Britse Rijk nieuwe tactieken moest ontwikkelen. Zoals reeds eerder werd opgemerkt, is het de strategie van de Londense oligarchie geweest om niet alleen de leerstellingen van de christenheid te corrumperen en van binnenuit te controleren, maar ook door haar op filosofische wijze tegen te werken door middel van atheïsme en het heidendom.

Na de gruwelijke vernietiging van Hiroshima en Nagasaki werd het nucleaire tijdperk ingeluid, waarna de Britse lord Bertrand Russell pleitte voor een Koude Oorlog tussen de supermachten, waarbij de confrontatie tussen de Anglo-Amerikaanse dyade en de Sovjet-Unie centraal stond. De intrige van Bertrand Russell was bedoeld om de wereld te terroriseren met als doel dat zij het nationalisme zou opgeven in ruil voor de acceptatie en omarming van de Verenigde Naties als de nieuwe wereldregering.

Gedurende dezelfde periode wanneer het ‘Rode Gevaar’ werd geëxploiteerd en de gemoederen tijdens de Koude Oorlog werden opgestookt, begon het Tavistock Institute in Londen met het voeren van een decennialange campagne van massale hersenspoeling, met als doel om de westerse beschaving te verderven. De nieuwe uitvinding van de technologie die de televisie mogelijk maakte werd een krachtig instrument in de handen van de sociaal ingenieurs, niet slechts alleen als propaganda-instrument, maar ook als het middel om hun versie van het Romeinse demoraliserende ‘brood en spelen’-beleid met betrekking tot de pacificatie van de bevolking naar een geheel nieuw niveau te tillen – in ieder geval het gedeelte van de ‘circussen/spelen’.

Het Britse Rijk werd vooral bedreigd door de golf van cultureel optimisme die president Kennedy had gegenereerd door middel van unieke Amerikaanse programma’s, zoals de Peace Corp., en vooral door haar inzet voor wetenschappelijke vooruitgang dat belichaamd werd door de Apollo-maanmissie. Maar na het verbijsterende trauma van de Cuban Missile Crisis en de moorden op de belangrijkste Amerikaanse leiders in de loop van de jaren 1960, met inbegrip van president Kennedy zelf, bevorderde ‘The British Empire’ het gebruik van lsd en de tegencultuur van seks, drugs en rock-’n-roll, met als gevolg het veroorzaken van massaal cultureel pessimisme en hedonisme in hun voortdurende oorlog tegen de renaissance en de christelijke geloofsleer.

Het is geen geheim dat veel van de beroemdste rocksterren uit de eerste lichting worden aangeduid met de toepasselijke naam ‘British Invasion’: hedonisten, occultisten, die zelfs leerlingen waren van de verdorven Britse satanist Aleister Crowley. Tegelijkertijd kwam ook de ‘God is dood’-campagne ten tonele tijdens de turbulente jaren zestig, specifiek gericht tegen de christenheid en zeker niet tegen het pantheïsme en de vele goden uit de toen opkomende new age-cultus. Het beoogde resultaat was dat veel van de culturele en wetenschappelijke vooruitgang door de koning van het zuiden, die culmineerde in de vorm van mannen die op de maan liepen, in één generatie doeltreffend werd omgekeerd door een golf van heidendom, anti-kernenergiehysterie en een anti-wetenschapmilieubeweging in de naam van Gaia, de godin van de aarde.

De maatschappij werd misleid te geloven in de leugen dat christelijke cultuur en wetenschappelijke vooruitgang verantwoordelijk waren voor het verpesten van de hele wereld. Dus in plaats van het voortbrengen van een nieuwe generatie van wetenschappers, artsen en renaissancedenkers, hadden de vijanden van de beschaving effectief een vorm van culturele genocide teweeggebracht. Door een aanval op de morele fundering van de Bijbelse christenheid, zij het indirect, heeft de imperiale koning van het noorden ‘verdoemenissen tegen het heilig verbond geslingerd en daarmee doeltreffend gehandeld’.

‘ZAL HIJ […] TOT AFVAL BRENGEN’

De reeks van verzen uit Daniël 11:32-35 voorzegt hoe de koning van het noorden rechtstreeks invloed zal hebben op Gods volk. Daniel 11:32 geeft aan dat de koning een directe bedreiging zal vormen voor het geloof en de integriteit van Jehovah’s volk. Er staat: ‘En degenen die goddeloos handelen tegen [het] verbond, zal hij door middel van gladde woorden tot afval brengen. Maar wat het volk betreft dat zijn God kent, zij zullen zegevieren en doeltreffend handelen.

Op de avond toen Jezus de herdenking van zijn dood instelde, sloot hij een verbond met zijn apostelen, en in het verlengde daarvan met alle gezalfde christenen. Aan de Paschatafel zat aan de kant van de Heer Jezus ook Judas Iskariot, een van de twaalf. De verraderlijke Judas werd zeker schuldig bevonden aan goddeloos handelen tegen het verbond en werd, zoals reeds eerder besproken, gekenmerkt als ‘de zoon der vernietiging’. Judas heeft een moderne tegenhanger in de vorm van ‘de mens der wetteloosheid’, die dienst doet als bevorderaar van afvalligheid als directe voorbode op de openbaring van Christus. Aangezien het Koninkrijk Gods geen deel is van deze wereld, moeten christenen ook geen deel van deze wereld zijn. En ‘degenen die goddeloos handelen tegen het verbond’ zijn afvalligen die hun verbond met Jehovah en Christus overtreden door deel uit te maken van Satans wereld.

Overeenkomstig het patroon uit de profetie van Daniël heeft het Wachttorengenootschap in de afgelopen jaren gediend als de woordvoerder van gezalfde christenen die zich in een verbond met God bevinden. En hoewel weinig Jehovah’s Getuigen het zouden toegeven en de meesten van hen zich er niet eens van bewust zijn, heeft het leiderschap van de Wachttoren-organisatie wel degelijk het verbond van het Koninkrijk van Christus overtreden. In welk opzicht dan?

Terwijl het tijdschrift de Wachttoren de subtitel ‘Aankondiger van Jehovah’s Koninkrijk’ draagt, heeft de organisatie ook een ngo-pact met de Verenigde Naties ondertekend zoals reeds eerder werd uiteengezet in het hoofdstuk ‘Het Partnerschap’. Feitelijk heeft de ondertekening van dit pact het Wachttorengenootschap verplicht om zijn middelen en invloed te gebruiken om informatie te verspreiden ten gunste van de Verenigde Naties en hun agenda voor een globalistische wereldregering. Door hun verraad hebben in de organisatie sommige mannen op hoge posities ongetwijfeld goddeloos gehandeld tegen het christelijke verbond.

Maar op welke manier zou de koning van het noorden het leiderschap van Jehovah’s Getuigen ‘door middel van gladde woorden’ tot afval hebben gebracht?

Welnu, ‘gladde woorden’ zou een verwijzing kunnen vormen naar een vleiende manier van spreken – ook wel misleidend, met huichelachtige woorden. In dat opzicht kan het geen toeval zijn dat de nieuwe wereldorde (New World Order) van de oligarchie en de boodschap van het Wachttorengenootschap met betrekking tot een nieuwe wereldorde nauwelijks van elkaar vallen te onderscheiden. Feitelijk is de terminologie precies hetzelfde. (Gedurende enkele decennia refereerden ook Jehovah’s Getuigen naar de aankomende nieuwe wereld als de ‘nieuwe orde’ (New Order). Echter, ongeveer 25 jaar geleden –rond dezelfde periode dat het Wachttorengenootschap zijn illegale partnerschap met de VN was aangegaan – maande het Besturend Lichaam de Jehovah’s Getuigen tijdens een jaarlijks congres om te stoppen met het gebruik van de term ‘nieuwe orde’.)

Overweeg daarnaast een aantal andere gelijkenissen: degenen die een nieuwe wereldorde bepleiten noemen steevast het onvermogen van de diverse nationale regeringen om samen te werken bij het opstellen en uitvoeren van effectieve milieuwetgeving ter voorkoming van rampzalige vervuiling. Het Wachttorengenootschap doet dit ook.

Voorstanders van een nieuwe wereldorde noemen de oorlogen tussen verschillende natiën als de primaire motivatie voor het afschaffen van concurrerende nationale regeringen. Het Wachttorengenootschap doet dit ook.

Promotors van een nieuwe wereldorde noemen de onmacht van de nationale regeringen ten aanzien van de aanpak van het internationale terrorisme als basis voor de stichting van een wereldwijde regering. Het Wachttorengenootschap doet dit ook.

De oligarchie achter de nieuwe wereldorde wil jongeren ontmoedigen in het volgen van een klassieke opleiding. Het Wachttorengenootschap doet dit ook.

Vrijwel elk maatschappelijk probleem waar de natiën vandaag de dag mee worden geconfronteerd, zij het overbevolking, vervuiling, drugs, criminaliteit of armoede, wordt door de imperialisten gebruikt als een reden voor het afschaffen van de nationale soevereiniteit ten faveure van een wereldwijde regering. Hierin lijkt het inderdaad alsof het Wachttorengenootschap de globalisten mimeert. Inderdaad: ‘gladde woorden’!

Maar de mimicry ofwel nabootsing gaat verder dan dat, en gaat zelfs terug naar de connectie die Jehovah’s Getuigen hebben met het jaar 1914. Hoe dat zo?

Bedenk eens dat Jehovah’s Getuigen ertoe zijn bewogen om te geloven dat Satan in eerste instantie de Volkenbond heeft opgezet als een vals koninkrijk in een directe reactie op het aan de macht komen van Gods Koninkrijk in 1914. Echter lijkt het tegenovergestelde het geval te zijn geweest. Verbazingwekkend genoeg lijkt het erop dat het Wachttorengenootschap de natiën heeft geïmiteerd; dit komt doordat het Wachttorengenootschap nog niet eens was begonnen met het wijzen op 1914 als datum voor het begin van de parousia (Tweede Komst van Christus), wat pas enige jaren later gebeurde, lang nadat Londen zijn felbegeerde wereldregering had gevestigd in de vorm van de Volkenbond. Voorafgaand hieraan hing het Wachttorengenootschap nog de leerstelling aan dat de tegenwoordigheid van Christus al in 1874 was begonnen en dat 1914 zou resulteren in het uiteenvallen en de omverwerping van alle natiën. Toen deze verwachtingen na verloop van tijd teniet werden gedaan, formuleerde het Wachttorengenootschap pas achteraf de 1914-doctrine in haar huidige vorm. (Hoewel de Watchtower in 1920 verklaarde dat het Koninkrijk zes jaar eerder in 1914 aan Jezus werd gegeven, werd negen jaar later, in 1929, in het boek Prophecy, (PDF) op pagina’s 65-66, opnieuw door Rutherford bevestigd dat 1874 het begin inluidde van de parousia. Het was pas voor het eerst in de uitgave van 1 december 1933 van de Wachttoren dat (PDF p. 362) de datum voor de tweede komst van Christus werd aangepast van 1874 naar 1914 – bijna twee decennia later vanaf 1914 gerekend!)

Maar hoe redelijk is het dan om aan te nemen dat de natiën zich zogenaamd gezamenlijk verenigden onder de vlag van de inmiddels ter ziele gegane Volkenbond teneinde te strijden tegen Jehovah en zijn gezalfden voordat het überhaupt aan hen werd aangekondigd dat Jezus in 1914 onzichtbaar was wedergekeerd? Anders geformuleerd: zou het verstandig zijn om te veronderstellen dat de mensen Gods Koninkrijk hadden nagebootst nog voordat Jehovah’s dienaren zelfs ook maar waren begonnen met het verkondigen van de koninkrijksboodschap dat het Koninkrijk in 1914 begonnen zou zijn met regeren?

Uiteraard was Satan de Duivel op de hoogte van de opkomst van de International Bible Students-beweging, en het zou absoluut zijn doel hebben gediend om de gemeente van Christus te ondermijnen en deze dienstbaar te maken ten behoeve van zijn eigen beestachtige koninkrijk, zoals hij eerder ook heeft gedaan.

‘HET VOLK DAT ZIJN GOD KENT’

Echter, de ware getuigen van Jehovah hebben ook doeltreffend gehandeld tegen de Duivel en ook tegen de koning van het noorden. Hoe dat zo? Het overige gedeelte van vers 32 en 33 zegt: ‘Maar wat het volk betreft dat zijn God kent, zij zullen zegevieren en doeltreffend handelen. En wat hen betreft die inzicht hebben onder het volk, zij zullen verstand verlenen aan de velen. En zij zullen stellig tot struikelen worden gebracht door zwaard en door vlam, door gevangenschap en door plundering, [enige] dagen lang.

Jezus Christus verklaarde op enig moment: ‘Dit betekent eeuwig leven, dat zij voortdurend kennis in zich opnemen van u, de enige ware God, en van hem die gij hebt uitgezonden, Jezus Christus.’ Er is geen enkele groep op aarde die zich zo zwaar heeft ingezet voor de kwestie omtrent het verdedigen van de waarheid, als Jehovah’s Getuigen.

Ondanks alle verkeerde interpretaties, allerlei soorten struikelblokken, teleurstellingen door valse verwachtingen en ondanks alle organisatorische bochten waarin het zich heeft gewrongen, is het Wachttorengenootschap erin geslaagd om oprecht geloof te scheppen in de harten van een groot aantal ontvankelijke personen. De waarheid over Jehovah en Christus en hun ware relatie tot elkaar, de betekenis van het losgeld, de zaken omtrent Jehovah’s universele soevereiniteit en de christelijke integriteit, Jehovah’s voornemen om het wereldwijde koninkrijk van de Duivel te vernietigen en het liefdevolle doel van de Schepper om de mensheid een paradijs binnen te leiden onder de heerschappij van Jezus Christus – dit zijn de kernwaarheden die Jehovah’s Getuigen hebben gesterkt om ‘doeltreffend te handelen’ tegen de vijand. De Wachttoren heeft vitale geestelijke inzichten bijgebracht aan miljoenen mensen over de hele wereld.

Hierbij moet worden opgemerkt dat de profetie niet specifiek vermeldt dat de koning van het noorden Jehovah’s dienaren rechtstreeks zal overleveren aan het zwaard, de vlam, gevangenschap en plundering. Er wordt slechts gezegd dat, ondanks de doeltreffende pogingen van de koning van het noorden, Gods volk zal zegevieren over de struikelblokken die voor hen zouden worden opgeworpen. Het is dus zo dat vele natiën van de wereld Jehovah’s Getuigen hebben vervolgd, hen hebben onderworpen aan gevangenschap, hun religieuze activiteiten hebben verboden, en hen zelfs hebben gedood. Er bestaat geen twijfel over dat Jehovah’s Getuigen dit alles hebben doorstaan omwille van het feit dat zij ‘hun God kennen’.

De profetie van Daniël vervolgt in dezelfde geest, waar we lezen: ‘Maar wanneer zij tot struikelen worden gebracht, zullen zij met een kleine hulp geholpen worden; en velen zullen zich stellig door middel van geslepen gladheid bij hen aansluiten. En enigen van hen die inzicht hebben, zullen tot struikelen worden gebracht, opdat er wegens hen een louteringswerk wordt verricht en om [hen] te reinigen en wit te maken, tot de tijd van [het] einde toe; want het is nog voor de bestemde tijd.

In overeenstemming met de bewering van het Wachttorengenootschap dat de Sovjet-Unie de koning van het noorden was, schrijft het Genootschap de vervulling van de bovenstaande passage uit de profetie in het boekje Schenk aandacht aan Daniëls profetie! toe aan de infiltratie van enkele gemeenten door de KGB in de voormalige Sovjet-Unie. In de Wachttoren wordt hierover het volgende commentaar gegeven:

‘De infiltranten hebben ervoor gezorgd dat enkele getrouwe gelovigen in de handen van de overheid terecht zijn gekomen. Jehovah heeft dit toegelaten voor een loutere zuivering van zijn volk.’

Het blijft echter onduidelijk hoe de Sovjetinfiltranten verantwoordelijk zijn geweest voor een zuivering of loutering. In plaats daarvan lijkt het waarschijnlijker dat ‘enigen van hen die inzicht hebben’ die ‘tot struikelen zijn gebracht’ een aantal van de leidende mannen van het Wachttorengenootschap zijn, die door hun foutieve leringen zichzelf en anderen hebben doen laten struikelen en zo de weg hebben geëffend voor een grondig louteringswerk en het ‘witwassen’ gedurende de tijd van het einde.

Echter, na tientallen jaren lang voeren van oorlog, vervolging, propaganda en subversie tegen de christenheid, compromitteert de koning van het noorden zich uiteindelijk tot een grootschalige invasie van het domein van Christus Jezus, zoals op de aarde wordt uitgebeeld door zijn gezalfde volgelingen. Daarom lezen we ook in Daniël 11:31 het volgende: ‘En er zullen strijdkrachten opstaan die uit hem voortkomen; en ze zullen werkelijk het heiligdom, de vesting, ontwijden en het bestendige [kenmerk] verwijderen. En men zal stellig het walgelijke ding dat verwoesting veroorzaakt, plaatsen.

Wat zijn die ‘strijdkrachten die zullen opstaan’, welke zullen uitgaan van ‘de koning van het noorden’? En wanneer zullen het heiligdom, de vesting en het bestendige kenmerk aan de beurt komen om te worden ontheiligd? Volgens Daniels profetie met betrekking tot de koning met het bars gelaat (Daniël 8:23) zal het plaatsvinden gedurende de tijd van het einde. (Er zal hierop dieper worden ingegaan in het 24ste hoofdstuk van deze publicatie, getiteld ‘Daniël’.) Ook dient te worden erkend dat de aansporing van Jezus ‘Wanneer GIJ daarom het walgelijke ding dat verwoesting veroorzaakt, waarover door bemiddeling van de profeet Da̱niël gesproken is, in een heilige plaats ziet staan (de lezer gebruike onderscheidingsvermogen)’ de kritische lezer in de eerste plaats leidt naar Daniël 11:31. Schijnbaar dient de profetie niet strikt in een chronologisch opeenvolgende volgorde te worden bezien vanuit het ene vers naar het volgende, zoals dit op het huidige moment wordt begrepen. De verwoestende ‘strijdkrachten’ die ‘zullen opstaan, die uit hem voortkomen’ – dat wil zeggen, vanuit de koning van het noorden – verwijst naar de reeds gevestigde institutie van de organisatie van de Verenigde Naties, die zal dienen als de toekomstige verwoester van de heilige plaats.

Daniel voorzegt dat beide koningen het walgelijke ding zullen plaatsen, als in: ‘Men zal stellig het walgelijke ding, plaatsen’ (they in de Engelse versie). Dit is in harmonie met de profetie uit Openbaring waarin de tweehoornige Anglo-Amerikaanse entiteit (‘zij’) oproepen om adem/leven te geven aan het levenloze afgodsbeeld van het beestachtige politieke systeem. Maar terwijl de Verenigde Naties een Anglo-Amerikaanse creatie lijken te zijn, is het in overeenstemming met het doel van de financiersoligarchie om een wereldregering te bewerkstelligen – vandaar dat dit ‘snode plan’ oorspronkelijk ook afkomstig was van de imperiale koning van het noorden.

Nadat de historische dimensies zijn gepresenteerd met betrekking tot de voortdurende confrontatie tussen deze twee vijandelijke systemen die met elkaar zijn gefuseerd tot wat nu de Anglo-Amerikaanse dualistische wereldmacht is, is het tijd om nader te beschouwen wat er in de tijd van het einde zal moeten gaan plaatsvinden.

‘EN IN DE TIJD VAN HET EINDE […] EEN BOTSING’

In de tijd van het einde begint de climaxfase van het langlopende conflict tussen de koning van het noorden en de koning van het zuiden, welke uiteindelijk zal leiden tot de koning van het noorden die in opstand zal komen tegen de aartsengel Michaël. Hoewel de koning van het zuiden is voorbestemd om een botsing te initiëren met zijn imperiale aartsvijand, zal het de koning van het noorden zijn die zal reageren met een overweldigende strijdmacht. De engel vertelt de details over deze beslissende strijd: ‘En in de tijd van [het] einde zal de koning van het zuiden met hem in botsing komen, en de koning van het noorden zal op hem aanstormen met wagens en met ruiters en met vele schepen; en hij zal stellig de landen binnentrekken en overstromen en doortrekken. Ook zal hij werkelijk het Sieraadland binnentrekken, en vele [landen] zullen tot struikelen worden gebracht. Maar deze zijn het die aan zijn hand zullen ontkomen: E̱dom en Mo̱ab en het voornaamste deel van de zonen van A̱mmon. En hij zal zijn hand blijven uitsteken tegen de landen; en wat het land Egy̱pte betreft, het zal geen ontkomene blijken te zijn. En hij zal werkelijk heersen over de verborgen schatten van het goud en het zilver en over al de begeerlijke dingen van Egy̱pte. En de Libiërs en de Ethiopiërs zullen hem op zijn schreden volgen.

Zoals reeds in de vorige hoofdstukken in beschouwing werd genomen, is het simpelweg niet waar dat de tijd van het einde in 1914 begonnen zou zijn. Nu dit het geval blijkt, betekent dit dat alles wat is voorbestemd om in vervulling te gaan tijdens het laatste deel van het einde der dagen – zoals het ook wel wordt omschreven – nog niet heeft plaatsgevonden. En aangezien de boekrol van Daniël is verzegeld tot de tijd van het einde, betekent dit paradoxaal genoeg dat het onmogelijk is om exact te kunnen voorspellen hoe toekomstige gebeurtenissen zich zullen ontvouwen. Desondanks staat één ding vast: De koning van het zuiden zal worden onderworpen en de gevolgen van zijn nederlaag zullen verstrekkend zijn. Dat is de reden waarom het een enkele koning zal zijn – de koning van het noorden – die volledig aan zijn eind moet komen, en er zal geen helper voor hem zijn.

Echter, de realiteit omtrent het succes van de koning van het noorden is tot dusver door de zieners van Bethel uit het oog verloren. In hun commentaar in de laatste paragraaf van hoofdstuk 16 (Schenk aandacht aan Daniëls profetie!) valt te lezen:

‘De laatste veldtocht van de koning van het Noorden is niet gericht tegen de koning van het Zuiden. De koning van het Noorden komt dan ook niet aan zijn eind door toedoen van zijn grote rivaal. En ook wordt de koning van het Zuiden niet door de koning van het Noorden vernietigd. De koning van het Zuiden wordt “zonder [mensen]hand” vernietigd door Gods koninkrijk.’

De koning van het zuiden wordt niet vernietigd door de koning van het noorden. Dat is een ware uitspraak. Maar waarom wordt er echter geen melding gemaakt van de koning van het zuiden tijdens de laatste confrontatie met Michaël? Het is toch zeker geen onbelangrijk detail. Houd in gedachten dat er over de koning van het noorden wordt gezegd: ‘En hij zal stellig succesvol blijken te zijn totdat [de] openlijke veroordeling tot een eind zal zijn gekomen…

Aangezien Egypte de eerste koning van het zuiden was, verwijst de profetie terug naar ‘Egypte’ als een referentie naar de koning van het zuiden gedurende de tijd van het einde. Vandaar dat de koning van het zuiden ‘niet aan zijn ondergang zal ontkomen’.

Om beter te kunnen begrijpen wat er in het 11de hoofdstuk van Daniël over de tijd van het einde wordt geschreven, is het noodzakelijk om het openingsvers te bezien, dat uit de woorden bestond van de engel die de profetie in verband bracht: ‘En wat mij aangaat, in het eerste jaar van Dari̱us de Meder stond ik op als een versterker en als een vesting voor hem. Nu dan, wat waarheid is, zal ik u vertellen…

Zoals de Spreuk zegt: het hart van een koning is als waterstromen in de hand van Jehovah. Overal waarheen het hem behaagt, wendt hij het. Dus, hoewel het Perzische Rijk een uiting was van de heerschappij van Satan, net zoals de Griekse, Romeinse en Anglo-Amerikaanse koninkrijken die na hen volgden, mag God ervoor kiezen om zijn macht over hen te laten gelden met het oog op het bereiken van een bepaald aspect van zijn doel. Of zoals de apostel zei: God doet al zijn werken samenwerken ten goede voor hen die God liefhebben.

In het licht van het feit dat Amerika heeft gediend als een vesting tegen de religieuze onderdrukking en voorzag in een welvarend economisch klimaat waarin het wereldwijde werk van Jehovah’s Getuigen zich tot nu toe heeft kunnen ontwikkelen, is het evident dat God Amerika heeft gezegend –zoals de Amerikaanse patriotten zouden zeggen: God has blessed America.

Echter, in de tijd van het einde zal dit allemaal gaan veranderen. Aangezien het Wachttorengenootschap werd afgezonderd van de twee grote oorlogen die Europa hadden vernietigd, zal het gedurende de tijd van het einde worden blootgesteld aan plundering. De tirannieke overstroming welke zal worden geïnitieerd door de koning van het noorden zal huishouden in vele landen, met inbegrip van Gods speciale eigendom, zoals Daniel 11:41 voorzegt: ‘Ook zal hij werkelijk het Sieraadland binnentrekken, en vele [landen] zullen tot struikelen worden gebracht.’

De natiën uit het verleden hebben alle voorspoed geput uit het plunderen van andere volkeren. En wat betreft de specifieke natiën uit Bijbelse tijden hebben zij Gods volk elk op verschillende manieren geplunderd. In het verleden werden de plunderaars echter begrensd door de fysieke beperkingen van spierkracht, zowel die van mens en dier. Echter, in de moderne tijd hebben machines al deze beperkingen weggenomen. Het is evident dat de natiën vandaag de dag de beschikking hebben over een duizelingwekkend arsenaal van oorlogsvoertuigen. Maar regelrechte oorlog is niet het enige middel dat tot hun beschikking staat. De natiën zijn al verwikkeld in een financiële en economische oorlogvoering, en ook niet te vergeten cyberoorlogen.

Het financiële systeem van Wall Street, dat eigenlijk gewoon een uitbreiding is van het Londense Rijk der Bankiers, is roofzuchtig in zijn ontwerp. Dit blijkt met name het geval bij de nieuwe exotische financiële woekerstelsels van de recentere jaren. Zoals reeds is aangetoond, hebben de bankiers de macht om de wereld op grote schaal te plunderen en te beroven en om landen op hun knieën dwingen. De enige entiteiten die krachtig genoeg zijn om dit te kunnen voorkomen zijn de nationale regeringen, maar wetgevers en waakhonden hebben zich laten corrumperen door de sluwe financiele machthebbers.

Zoals in de volgende hoofdstukken uit de doeken zal worden gedaan, zal het bancaire kartel op een bepaald moment in de nabije toekomst worden gedwongen om beslag te leggen op het geld van spaarders, wat ook wel bekendstaat als een bail-in. En zij zullen naar waarschijnlijkheid al hun leningen terugeisen en alle nieuwe aanvragen voor krediet afwijzen. Aangezien soevereine naties behoren tot de grootste groep van leners van vreemd vermogen – de Verenigde Staten die de natie met de hoogste schuldenlast ooit zijn –, zullen de banken in principe eigenaar zijn van deze naties. Dit scenario is zeker niet vergezocht, zoals eerder was te zien tijdens het uitbreken van de financiële crisis in Griekenland.

Echter, via deze weg zal de koning van het noorden ‘werkelijk heersen over de verborgen schatten van het goud en het zilver en over al de begeerlijke dingen van Egy̱pte’.