Opmerking van de vertaler: Dit artikel werd oorspronkelijk gepost op 29 december 2005.
Het is menselijkerwijs onmogelijk om de toekomst te voorspellen. Er bestaat geen twijfel over dat geen enkele ongeïnspireerde profeet of priester; geen paranormaal begaafde, helderziende of waarzegger; prognostisch analist, of wat voor computer gegenereerd model dan ook de komende gebeurtenissen feilloos kan voorspellen. Het kijken in de toekomst is een domein dat enkel aan God toebehoort.
Om dat feit te bewijzen, daagde Jehovah God bijna drieduizend jaar geleden de wereld en haar grote hoeveelheid valse goden en godinnen rechtstreeks uit om hun beste profeten naar voren te schuiven zodat ze mochten bewijzen dat ze in staat waren om de toekomst te kunnen voorspellen. In Jesaja 41: 21-23 staat het opgetekende verslag van Gods uitdaging die tot dusverre onbeantwoord is gebleven. We lezen hier: “‘Leg je zaak voor’, zegt Jehovah. ‘Voer je argumenten aan’, zegt de Koning van Jakob. ‘Voer bewijzen aan en vertel ons wat er gaat gebeuren. Vertel ons toch wat er vroeger gebeurd is, dan kunnen we erover nadenken en de afloop weten, of vertel ons wat er nog gaat gebeuren. Vertel ons wat er in de toekomst zal gebeuren, dan weten we of jullie goden zijn. Doe tenminste iets, goed of slecht, laat ons iets zien wat ons verbaasd doet staan.”
Iets verderop in het 26ste vers zegt Jehovah recht voor z’n raap dat er helemaal geen zieners bestaan die toekomstige gebeurtenissen kunnen zien, behalve Hijzelf, door te zeggen: “Wie heeft je vanaf het begin hierover verteld, zodat wij het konden weten, of sinds lang geleden, zodat we konden zeggen: “Hij heeft gelijk”? Nee, niemand heeft het aangekondigd! Niemand heeft het verteld! Niemand heeft ook maar iets van jullie gehoord!’”
Jehovah heeft daarentegen, zoals we in de Bijbel kunnen lezen, wel een groot aantal profetieën voortgebracht, die tot dusverre de toekomst feilloos tot in detail hebben voorspeld. Hetgeen wat Gods voorspellingen met betrekking tot de toekomstige gebeurtenissen onderscheidt, is dat hetgeen wat hij voorspelt meestal zwaar afwijkt van de algemene denkwijze en de standaard verwachtingen.
Hoewel mensen patronen kunnen analyseren en nauwkeurige voorspellingen kunnen doen over gebeurtenissen die zich op de korte termijn zouden kunnen afspelen, lijken de gebeurtenissen die God voorspelt meestal ongelooflijk en onwaarschijnlijk om uit te komen – maar uiteindelijk komen ze toch elke keer weer uit.
God heeft het oordeel uitgesproken over „Babylon de Grote”. Volgens Openbaring 14:8 zegt een engel: „Babylon de Grote is gevallen.” Dat is al gebeurd. Ze kan aanbidders van Jehovah niet langer vasthouden. Haar eigen corruptie en betrokkenheid bij oorlog zijn overal aan het licht gekomen. Nu staat haar definitieve vernietiging vlak voor de deur. – Publicatie “Blijf Waakzaam (2008)
Maar zelfs indien we zouden aannemen dat we de Bijbel beschouwen als een door God geïnspireerd boek waarin ware profetieën staan opgetekend, dan nog is het een kwestie van een totaal andere orde om zomaar van tevoren deze profetieën correct te kunnen interpreteren om de toekomst te kunnen voorzien. Het Wachttorengenootschap heeft bij tijd en wijlen verklaard dat profetie gewoonlijk pas kan worden begrepen zodra ze in vervulling is gegaan. Wanneer we hier eens dieper over nadenken, zouden we dan niet moeten erkennen dat dit juist komt door een gebrek aan inzicht? Vermoedelijk is een van de belangrijkste doelstellingen van Bijbelse profetieën juist om de dingen die zullen gaan plaatsvinden van tevoren te onthullen. Echter, zoals Jozef in de Bijbel verklaarde, “Kan alleen God uitleg geven”. Juist omdat profetie iets is dat voortkomt uit de geest van God, is het absoluut onmogelijk om het te kunnen begrijpen tenzij God zijn aangelegenheden aan de ijverige onderzoeker openbaart, zoals de Spreuk ook zegt: “Het eert God dat hij een zaak geheimhoudt en het eert koningen dat ze een zaak onderzoeken.“
Jehovah’s Getuigen dienen nederig te erkennen dat het Wachttorengenootschap, hoewel ze een opmerkelijke mate van inzicht hebben in de vervulling van profetieën uit het verre verleden, ze tegelijkertijd niet echt een erg goede staat van dienst hebben voor wat betreft het interpreteren van profetieën die verband houden met onze moderne tijd. Dat blijkt vooral duidelijk uit het feit dat de meeste profetische materie die ooit door de Internationale Bijbelonderzoekers werd beschouwd als de ultieme waarheid ten aanzien van Gods profetische Woord, inmiddels allang is verworpen en in de prullenbak is gegooid. Precies zoals die eerste Jehovah’s Getuigen er heilig van overtuigd waren dat zij de Bijbelse profetieën begrepen, nemen Jehovah’s Getuigen in deze moderne tijd ook vol vertrouwen aan dat wat het Wachttorengenootschap op dit moment leert, de absolute waarheid is ten aanzien van profetische interpretatie. De meeste Jehovah’s Getuigen denken dat er in de toekomst hoogstens nog slechts enkele kleine onbeduidende “aanpassingen” zullen komen maar daar blijft het verder bij.
Het kan voor sommigen moeilijk te behappen zijn, maar de waarheid is dat hoewel Jehovah’s Getuigen een solide doctrinaire basis kunnen bezitten, evenals essentiële inzichten in Gods persoonlijke karakter en ook ten aanzien van Gods voornemens die Hij met de mensheid en de aarde heeft, dat tegelijkertijd degenen die onder de voogdij staan van het Wachttorengenootschap op tragische wijze in het duister tasten op profetisch gebied. Dat is ook ongetwijfeld de reden waarom Jehovah de verontrustende retorische vraag stelt: “Wie is blind behalve mijn dienaar, zo doof als de boodschapper die ik stuur? Wie is zo blind als degene die beloond is, zo blind als de dienaar van Jehovah?“ (Jesaja 42:19)
Wat zou nou een verklaring kunnen zijn voor dit gebrek aan inzicht? Het lijkt er namelijk op dat de basisprincipes ten aanzien van de methode waarop het Wachttorengenootschap interpreteert wel deugdelijk zijn. De grootste oorzaak ligt hem in het feit dat de Wachttoren-organisatie zich krampachtig blijft vasthouden aan de leerstelling dat de tegenwoordigheid van Christus in het jaar 1914 zou zijn begonnen. Aangezien het Wachttorengenootschap een breed scala aan profetieën heeft bestempeld als iets dat reeds lang geleden in 1914-1919 zou zijn vervuld, hebben Jehovah’s Getuigen om die reden geen enkele Bijbelse basis meer over waarmee ze zich op toekomstige ontwikkelingen kunnen anticiperen.
Ten tweede heeft het Wachttorengenootschap vrijwel alle profetieën waarin Jehovah oorspronkelijk zijn aanklachten richting zijn eigen opstandige volk (destijds Israël en Juda) heeft laten optekenen, ten onrechte afgewend op de kerken en de geestelijkheid van de huidige heidense christenheid. De nuchter denkende persoon kan zich natuurlijk afvragen waarom Jehovah God doormiddel van zijn eigen Bijbelse profetieën zoveel moeite zou doen om een religie die doordrenkt is met Babylonische afgoderij waar Jehovah ook verder helemaal niets mee te maken heeft, zou bestraffen, kastijden of corrigeren. Jehovah zal alle vormen van afgoderij en valse aanbidding die in de basis ook door en door slecht en satanisch zijn, uiteindelijk vernietigen en niet “corrigeren”.
Daarnaast is het ook zo dat vanwege een diepgeworteld organisatorisch taboe op het ‘onafhankelijk onderzoeken en zelf nadenken’ wat door de organisatie zwaar wordt ontmoedigt, er voor Jehovah’s Getuigen ook geen enkele beweegreden bestaat om persoonlijk onderzoek te doen naar Gods Woord om deze belangrijke profetieën nogmaals nauwkeurig te onderzoeken. Alleen al de suggestie dat het Wachttorengenootschap mogelijkerwijs een fout zou kunnen maken, zou erin kunnen resulteren dat een broeder of zuster zich moet komen verantwoorden tegenover een juridisch comité.
In de basis worden Jehovah’s Getuigen dus opgezadeld met verouderde en onwerkbare leringen die geen inzicht bieden in de werkelijke toekomstige gebeurtenissen. En ik kan dit helaas uit eigen ervaring ook bevestigen dat dit zo is. Het leiderschap van de organisatie staat helemaal niet open voor een grondige herziening van hun foutieve interpretaties. Feitelijk hebben ze de apostolische aansporing in 1 Tessalonicenzen 5:20 volledig naast zich neergelegd. Er staat daar geschreven: “Behandel profetieën niet met verachting.” Toch wordt Jehovah’s Woord niet beperkt door menselijke blindheid.
Eén categorie van profetieën waarover het Wachttorengenootschap blijft volhouden dat deze voor alle Jehovah’s Getuigen al zijn vervuld, zijn de profetieën die een geestelijke bevrijding uit Babylon de Grote voorspellen. Een zeer groot deel uit het boek Jesaja, en met name het grootste deel vanaf het 40ste tot en met het 66ste hoofdstuk, bevat uitspraken van Jehovah die van toepassing waren op zijn eigen volk rondom de periode waarin zij werden bevrijd uit hun Babylonische gevangenschap.
Hoewel de vroegere omstandigheden rondom die profetieën in eerste instantie duidelijk te maken hadden met de letterlijke vrijlating van de Joden toen zij in gevangenschap verkeerden onder het Chaldeeuwse rijk, zijn dezelfde profetieën voornamelijk van toepassing op het geestelijke Israël in de periode wanneer de Tweede Komst (parousia) van Christus zal plaatsvinden en wanneer Jehovah’s laatste oordeel in vervulling zal gaan. Er bestaan veel gegronde redenen die deze zienswijze ook ondersteunen. Een voor de hand liggende reden is dat het oude Babylon een moderne tegenhanger kent, hetgeen duidelijk blijkt uit het feit dat Openbaring verwijst naar een internationale organisatie die bekend staat onder de naam Babylon de Grote. Net zoals de Joden oorspronkelijk door het besluit van koning Cyrus werden bevrijd uit hun gevangenschap onder het keizerlijke Babylon, zullen ook de christenen tijdens de dag des Heren volgens Openbaring 18: 4 op dezelfde manier het bevel krijgen om “uit haar weg te gaan mijn volk”.
Echter is de vraag die onder de streep overblijft, of het geestelijke Israël op dit moment al is bevrijd uit het moderne tegenbeeldige Babylon, of dat degenen die in de Bijbelse profetie worden gekenmerkt als ‘Gods volk’ op dit moment nog zijn voorbestemd om in de nabije toekomst in gevangenschap te gaan? Het is waarschijnlijk onnodig om te vermelden dat een toekomstige gevangenschap onder Babylon de Grote voor alle Jehovah’s Getuigen als een totaal onverwachte ramp zal worden ervaren.
Volgens het lang gekoesterde standpunt van het Wachttorengenootschap werd Jehovah’s volk al in het jaar 1919 bevrijd uit Babylonische slavernij. Volgens de huidige opvatting zou Babylon in dat jaar zijn “gevallen”, in die zin dat de zogenaamde valse religie vanaf dat moment geen enkele vorm van overheersing meer kon uitoefenen over Gods gezalfde zonen en dochters. Hoezo geloven Jehovah’s Getuigen dit eigenlijk?
Wanneer we het kort samenvatten komt het allemaal hierop neer: In de veertig jaar voorafgaand aan de Eerste Wereldoorlog hadden het Wachttorengenootschap en de Internationale Bijbelonderzoekers een aanzienlijke impact op de religieuze wereld van de Verenigde Staten, en in mindere mate ook in Europa; tot aan het punt dat tijdens de hysterie die ontstond als gevolg van de Eerste Wereldoorlog, in een poging om de organisatie te vernietigen, sommige geestelijken met veel politieke macht een samenzwering aangingen met de rechterlijke macht van de Verenigde Staten om de leidende mannen van het Wachttorengenootschap te vervolgen op basis van de valse beschuldiging dat zij een poging zouden hebben gedaan tot opruiing. Acht broeders, onder wie ook de tweede president van het Wachttorengenootschap, werden vervolgens op de trein gezet opweg naar de federale gevangenis in Atlanta, Georgia, om daar een 20-jaar lange gevangenisstraf uit te zitten op grond van de verzonnen aanklacht van opruiing. In die moeilijke tijd kwam het predikingswerk van de Bijbelonderzoekers bijna tot stilstand. Jaren later schreef een van de broeders die toen in de gevangenis had gezeten een boek met de titel “Faith on the March”, waarin hij persoonlijk verslag deed van de gebeurtenissen die destijds binnen de organisatie plaatsvonden.
Na minder dan een jaar gevangenschap werden alle acht de mannen echter vrijgelaten en vrijgesproken van de valse beschuldigingen. Na hun vrijlating uit de gevangenis reorganiseerden de Bijbelonderzoekers zich weer en ze vonden weer de energie om de draad op te pakken om over Gods Koninkrijk te prediken en om zich nog verder van de heidense christenheid af te scheiden. Een reeks jaarlijkse congressen in Cedar Point, Ohio en elders, speelden een belangrijke rol bij het herstructureren en motiveren van de organisatie tijdens het begin van de jaren twintig. Enkele decennia later begon het Wachttorengenootschap Jesaja’s profetie achteraf te interpreteren als zijnde van toepassing op het geestelijke herstel van Jehovah’s Getuigen na de ontberingen die de organisatie tijdens de Eerste Wereldoorlog overkwamen.
Tot op de dag van vandaag blijven Jehovah’s Getuigen ervan overtuigd dat het gebod van de engelen om uit Babylon de Grote te vertrekken symbolisch werd aangekondigd in 1919. Kunnen we er echter ook absoluut zeker van zijn dat de ontwikkelingen die sindsdien hebben plaatsgevonden ook daadwerkelijk volledig in overeenstemming zijn met de profetieën in kwestie? Wanneer namelijk zou blijken dat de profetieën niet volledig in overeenstemming zijn met de werkelijkheid, wordt het onomstotelijk duidelijk dat er een enorme misrekening heeft plaatsgevonden. En wat nog erger is: Dit zou dan ook betekenen dat Jehovah’s Getuigen dus geen basis hebben om zich te anticiperen op enige vorm van toekomstige geestelijke gevangenschap onder Babylon de Grote.
Wat ook een hele ontnuchterende gedachte is, is het feit dat de Joden uit de oudheid ook weigerden om de boodschap van de profeten te aanvaarden waarin zij voorspelden dat hun heilige stad zou worden vernietigd en dat de hele natie naar het verre Babylon zou worden overgeleverd. Bestaat het geestelijke Israël vandaag de dag dan ook uit erfgenamen van het koninkrijk in een soortgelijke positie? De afschrikwekkende taak die op de schouders ligt van de schrijver van dit artikel komt erop neer dat de bevestiging van de voorgaande stelling helaas zal moeten worden verdedigd.
Ik smeek elke lezer oprecht om de moed bijeen te rapen om alles wat u tot nu toe als de absolute waarheid omtrent deze zaken hebt aanvaard, nauwkeurig opnieuw te onderzoeken. Dat ligt daarnaast ook volledig in harmonie met de vermaning van de apostel Johannes in 1 Johannes 4: 1 waar we lezen: “Lieve vrienden, geloof niet elke geïnspireerde uitspraak, maar onderzoek of de geïnspireerde uitspraken uit God voortkomen, want er zijn veel valse profeten in de wereld verschenen.“
In de geest van die apostolische aansporing die werd gericht aan alle christenen, is het uw eigen verantwoordelijkheid om alles wat u wordt geleerd en als de waarheid hebt aanvaard, te beproeven en te onderzoeken. Zouden Jehovah’s Getuigen van alle mensen op deze planeet niet dubbel zo zeker moeten zijn ten aanzien van alles wat ze geloven en wat ze aan anderen onderwijzen ten aanzien van Bijbelse profetieën zodat alles wat zij zeggen ook daadwerkelijk volledig in lijn ligt met Gods Woord van de waarheid? Hoe zouden we deze schijnbaar geïnspireerde uitspraken dan kunnen “onderzoeken” of “beproeven”? Aangezien veel van wat het Wachttorengenootschap aan Jehovah’s Getuigen heeft onderwezen, te maken heeft met vervullingen in de afgelopen 20ste eeuw, zal het beproeven van de geïnspireerde uitspraken absoluut van ons vereisen dat we ons gezonde verstand gebruiken om te kunnen bepalen of onze interpretaties in overeenstemming zijn met de historische feiten. We moeten daarnaast ook onderscheidingsvermogen toepassen bij het lezen van de Schrift.
“HET MYSTERIE VAN DE VROUW EN HET WILDE BEEST”
Jarenlang heeft het Wachttorengenootschap vol vertrouwen beweerd dat de grote verdrukking begint zodra Babylon de Grote wordt vernietigd door de 8ste koning uit de profetie. Hoewel er voor Jehovah’s Getuigen geen geldige reden lijkt te zijn om de identificatie van Babylon de Grote door het Wachttorengenootschap als zijnde het wereldrijk van valse religie in twijfel te trekken, hebben we daarentegen wel degelijk goede redenen om de veronderstelde tijdsvolgorde van de toekomstige gebeurtenissen in twijfel te trekken.
Kort door de bocht gezegd bestaat er geen enkele Bijbelse ondersteuning voor de vaak herhaalde aanname van het Wachttorengenootschap dat Babylon de Grote ten onder gaat aan het begin van de wereldwijde grote verdrukking. En raar maar waar, het Wachttorengenootschap kan dit ook niet onderbouwen.
In de Wachttoren van 1 juni 1996 staat op bladzijde 19 bijvoorbeeld de volgende opmerking:
“De voltrekking van het goddelijk oordeel zal aanvangen met de vernietiging van Babylon de Grote. Dat met een hoer te vergelijken wereldrijk van valse religie zal voor altijd weggevaagd worden. Die tijd is heel nabij!”
Normaal gesproken onderbouwt het Wachttorengenootschap zijn leringen altijd doormiddel van het veelvuldige gebruik van diverse citaten uit de Bijbel, maar in de bovenstaande verklaring komen we dus geen enkel vers tegen.
Hier volgt nog een citaat uit de Wachttoren van 1 april 1997 op blz. 14-15:
“De „grote verdrukking” begint wanneer de politieke elementen „Babylon de Grote” plotseling zullen aanvallen. Ze „zullen de hoer haten en zullen haar woest en naakt maken, en ze zullen haar vleesdelen opeten en zullen haar geheel met vuur verbranden” (Openbaring 17:16).”
Laat de lezer hier opmerken dat de geciteerde verwijzing naar Openbaring 17:16 niets zegt over de tijdsvolgorde ten aanzien van zaken die betrekking hebben op het begin van de grote verdrukking. Toch doet het Wachttorengenootschap op dogmatische wijze deze vaststelling met regelmaat. Deze schijnbaar “geïnspireerde uitspraak” houdt dus geen stand wanneer we deze beproeven op basis van de Heilige Schrift.
Volgens het zeventiende hoofdstuk van Openbaring gaat het zevenkoppige wilde beest de afgrond der vernietiging in. Op een later moment komt het beest echter weer terug uit de afgrond als de 8ste koning. Dat is ook het moment waarbij de hoer wordt afgebeeld terwijl zij boven op het opnieuw tot leven gewekte beest zit, en dit is ook het moment net voordat God het in de geest van het beest zal leggen om haar te verslinden. Een vraag die ijverige bijbelstudenten vervolgens zouden moeten stellen is deze: Hoeveel symbolische zevenkoppige wilde beesten zijn er eigenlijk? Dit is zeker geen domme vraag om te stellen, aangezien er volgens het Wachttorengenootschap twee verschillende zevenkoppige beesten zouden worden gesymboliseerd in de profetie. Aan de ene kant is er volgens het Wachttorengenootschap het zevenkoppige beest dat oprijst uit de zee dat in het 13de hoofdstuk van Openbaring wordt beschreven; en dan is er aan de andere kant ook nog het scharlakenrode zevenkoppige beest uit het 17de hoofdstuk van Openbaring.
Bovendien beschrijft het 11de , 13de en het 17de hoofdstuk van Openbaring een beest dat zich in een staat bevindt waarbij het lijkt alsof het is overleden om vervolgens weer opnieuw tot leven te komen. Echter blijkt dat er volgens de interpretatie van het Wachttorengenootschap dus twee afzonderlijke beesten zijn die beide tijdens twee verschillende gelegenheden een vernietiging zullen ondergaan en dan beide weer tot leven zullen komen. Het Wachttorengenootschap onderwijst dat het zevenkoppige beest de voorspelde symbolische doodsklap van het zwaard heeft ondergaan als gevolg van de Eerste Wereldoorlog. Echter ligt dit simpelweg niet in lijn met de historische feiten dat de Anglo-Amerikaanse bondgenoten werden vernietigd als gevolg van de ontberingen van de Eerste Wereldoorlog.
De gebeurtenis waarbij het scharlakenrode beest volgens het Wachttorengenootschap de afgrond zou zijn ingegaan zou volgens hen hebben plaatsgevonden toen de mislukte Volkenbond net na de Tweede Wereldoorlog werd opgeheven en later weer zou zijn “herrezen” in de vorm van de Verenigde Naties. Wanneer we dit afzetten tegen de Bijbelse profetieën met betrekking tot de zeven rijken, dan moeten we concluderen dat de macht die aan de toenmalige Volkenbond werd toegekend uiterst beperkt was – net zoals momenteel ook het geval is ten aanzien van de huidige Verenigde Naties. We kunnen ons op geen enkele manier een voorstelling maken dat we de toenmalige Volkenbond op enigerlei wijze zouden kunnen kwalificeren als een rijk dat vergelijkbaar zou zijn met het Babylonische, Romeinse of Britse rijk. Bijbelstudenten dienen zichzelf eraan te herinneren dat elk van de zeven machten uit de Bijbelse profetie hele grote rijken waren die enorme delen van de aarde domineerden – Deze rijken waren zeker niet slechts een arbitrage forum, zoals de Volkenbond was toen die nog bestond. Bovendien waren de Verenigde Staten niet eens lid van de Volkenbond. Het mag dan wel zo wezen dat op een bepaald moment sommige vooraanstaande geestelijken de pas opgerichte Volkenbond lovend hebben begroet als zijnde de “politieke uitdrukking van het koninkrijk van God”, maar ondanks zulke godslasterlijke lofbetuigingen lijkt het zeer onwaarschijnlijk dat Jehovah zo’n ineffectieve impotente instelling als de Volkenbond in de Bijbelse profetie zou hebben uitgebeeld als een afschrikwekkend monsterlijk wild beest …
Bovendien wordt in het 13de hoofdstuk van Openbaring de 8ste koning ook afgebeeld als een beeld dat tot leven komt en de aanbidding van iedereen op aarde zal opeisen op straffe van de dood. Het is duidelijk dat noch de Volkenbond, noch de Verenigde Naties ooit een dergelijke daad hebben verricht dat hier ook maar enigszins bij in de buurt komt, en we spreken al helemaal niet over enige vorm van dwang waarbij de hele bevolking van de aarde zijn trouw moet zweren aan het beest.
Gezien de huidige relatief machteloze toestand van de Verenigde Naties, zouden we de vraag kunnen stellen: wat zou er gebeuren wanneer de Verenigde Naties plotseling een wereldwijde campagne zouden beginnen om alle georganiseerde religie uit te roeien? Het antwoord op deze vraag is: helemaal niets – behalve dan dat er wellicht enkele gênante situaties zouden ontstaan voor diverse VN-functionarissen. Onder de huidige omstandigheden zou het voor de Verenigde Naties politiek ondenkbaar, en zelfs ronduit onmogelijk zijn om zich te verzetten tegen de sterk verankerde religieuze instituties van deze wereld.
De Bijbelse profetie voorspelt echter een grote omwenteling en een catastrofale ineenstorting die over dit samenstel van dingen zal komen, terwijl tegelijkertijd ook het daadwerkelijke Koninkrijk van God zal worden opgericht. Het is wellicht onnodig om te vermelden maar zo’n dergelijke wereldwijde verdrukking heeft nog absoluut niet plaatsgevonden. Wanneer dit wel zal plaatsvinden dan zal de voortdurende levensvatbaarheid van de huidige beschaving ter discussie komen te staan. De symbolische dood en opstanding van het politieke systeem dat de wereld domineert, wat wordt gesymboliseerd door het zevenkoppige beest, zal een unieke en angstaanjagende wereldwijde ramp betekenen. Dat zal eveneens het begin markeren van de dag des oordeels.
Het punt waar het hier met betrekking tot Babylon de Grote echter om gaat is dat wanneer de 8ste koning zal opstaan uit de as van de ineenstorting van het Anglo-Amerikaanse koninkrijk en tot leven zal komen om de wereld te regeren tijdens het bestemde enkele uur, het uur der beproeving en verdrukking, zal op dat moment op de rug van het scharlakenrode herrezen beest de grote hoer van Babylon zitten.
Enkel en alleen naar aanleiding van de desastreuze en chaotische omstandigheden van een gigantische wereldoorlog samen met een wereldwijde economische ineenstorting zal het voor de Verenigde Naties mogelijk worden om bezit te nemen van het soort politieke en militaire macht dat nodig zal zijn om alle georganiseerde religies van deze wereld omver te kunnen werpen.
Het is overigens ook vermeldenswaardig om op te merken dat zowel de Volkenbond als de Verenigde Naties oorspronkelijk in het leven werden geroepen in de nasleep van respectievelijk de Eerste en de Tweede Wereldoorlog. Het zou dus ook zeker niet zo’n grote speculatieve sprong zijn om te veronderstellen dat een nieuwe wereldoorlog of enorme terreuraanslag met kernwapens het voorwendsel zou kunnen zijn om de Verenigde Naties alle macht te geven die ze nodig heeft om een wereldregering te kunnen worden. – de achtste koning uit de profetie.
Maar in plaats van dat de vernietiging van alle georganiseerde religie het begin van de grote verdrukking markeert, leidt de verdrukking blijkbaar tot de ineenstorting van het huidige Anglo-Amerikaanse gedomineerde democratische systeem. Dat ligt ook in lijn met Daniëls profetie, die voorzegt dat een koning met een meedogenloos gezicht zowel de machtigen als de zonen van het koninkrijk zal vernietigen. Daarna, zodra de democratische natiën hun nederlaag zullen hebben geleden, zal de Verenigde Naties zo ontzettend veel macht krijgen toebedeeld dat ze een wereldwijd rijk zullen worden. Een wereldregering dus.
Aangezien alle landen al dusdanig geconditioneerd zijn om voor oplossingen naar de VN op te kijken, en er op dit moment al een duidelijke wereldwijde bureaucratische infrastructuur bestaat, is het enkel nog maar een kwestie om uiteindelijk alle macht van de soevereine natiën over te dragen aan de VN om ervoor te zorgen dat de 8ste koning volledig tot leven zal komen als `s werelds eerste echte wereldwijde koninkrijk. Pas dan, en ook echt alleen maar dan, zal het pas mogelijk worden dat Gods woord ook volledig zal worden vervuld met betrekking tot de vernietiging van Babylon de Grote door de 8ste koning.
Het visioen van de Apocalyps met betrekking tot het laatste uur van de 8ste koning zal zonder enige twijfel op een toekomstig moment worden vervuld. Daarom kunnen we zondermeer aannemen dat het bevel van de engel om “uit haar te gaan mijn volk” kennelijk nog niet is aangekondigd. Maar op welke manier zou het dan mogelijk worden dat Jehovah’s volk in de toekomst onder Babylonische gevangenschap zal komen te staan?
Om beter in staat te zijn om dit te kunnen begrijpen, is het noodzakelijk dat we beseffen dat religie in hoge mate een besturende factor is die vandaag de dag een belangrijke rol speelt bij de niet-aflatende drang naar een wereldregering.
Het Vaticaan is vandaag de dag politiek gezien verreweg de machtigste religieuze instelling ter wereld. Het is tot op de dag van vandaag meer dan alleen een oude relikwie uit de vervlogen hoogtijdagen van het oude Romeinse rijk en op dit moment is het nog steeds een levensvatbaar functionerend overblijfsel van ditzelfde oude rijk. Het Vaticaan opereert net als een politieke natie; met ambassadeursvertegenwoordigers in de meeste landen. Hier is een link naar de website van het Vaticaan waarop een lijst te vinden is van haar vele diplomatieke connecties over de hele wereld. Op de website worden talrijke affiliaties getoond tussen de kerk en verschillende internationale organisaties. Het Vaticaan onderscheidt zichzelf ook doordat het de enige religieuze instelling is met een officiële, zogenaamde “waarnemerszetel” binnen de Verenigde Naties. Het Vaticaan is echter niet alleen een passieve waarnemer maar ook een invloedrijke beleidsmaker. Meer recentelijk riep de paus van Rome in 2009 op tot een wereldwijd politiek orgaan om de economische crisis het hoofd te bieden.
De meeste andere religies steunen ook de Verenigde Naties. We zullen er een aantal noemen:
Het Bahai-geloof is sinds het begin een uitgesproken voorstander van de Verenigde Naties geweest. Het geniet zelfs van de zogenaamde “consultantstatus” bij verschillende VN-agentschappen.
De voormalige NGO-medereizigers van het Wachttorengenootschap, de Moonies en hun zelfbenoemde nieuwe-wereldmessias, Sun Yung Moon, zijn grote promotors van de VN geweest doormiddel van Moon’s vredesfederatie.
De filosofie van het boeddhisme wordt in de basis erkend door de Verenigde Naties.
De Nationale Raad van Kerken en de Wereldraad van Kerken proberen beide hun invloed aan te wenden om de Verenigde Naties te sturen. En om niet te vergeten probeert eveneens de Mormoonse Kerk haar invloed op de VN uit te oefenen ten aanzien van het beleid rondom familiezaken.
Ondertussen is de officiële religieuze samenwerkingspartner van de Verenigde Naties zelf het New Age pantheïsme, de zogenaamde “moeder aarde religie van Gaia”.
De georganiseerde religie en hun vele ngo’s (non gouvernementele organisaties) zijn op dit moment ongetwijfeld nog zeer actief ten aanzien van de ondersteuning van de Verenigde Naties. En het lijkt erop dat ook het omgekeerde waar is: de VN verleent ook ijverig allerlei privileges aan deze religies naar aanleiding van alle religieuze steun die ze van hen ontvangt. Zoals al lang geleden het geval was vanaf de oorspronkelijke stad Babel, evenals bij de opeenvolgende wereldmachten zoals die ook in de Bijbel staan vermeld, te beginnen bij het oude Egypte, Assyrië, Babylon, Perzië, Griekenland en Rome, waren de heersende macht en de toen populaire religie onafscheidelijk met elkaar verbonden. Zo zal het ook zijn tijdens de tijd van de climax: het ultieme politieke rijk, de vervalsing van het koninkrijk van Christus, en de religie van de Duivel genaamd Babylon de Grote, die gecombineerd klaar zullen staan om de wereld tijdens het laatste uur als nooit tevoren te domineren, met inbegrip van de Jehovah’s Getuigen. “Het mysterie van de vrouw en het wilde beest” is opgelost.
Hoe kunnen we er zeker van zijn dat Babylon de Grote niet ten onder zal gaan aan het begin van de verdrukking, maar dat ze juist het beest onder haar controle zal aansturen om gedurende de aankomende verdrukking Jehovah’s Getuigen te vervolgen en te vertrappen? We kunnen dat doen door geen mindere autoriteit te raadplegen dan Jezus Christus zelf. Wat had Jezus over dit onderwerp te zeggen?
LAAT DE LEZER ONDERSCHEIDINGSVERMOGEN GEBRUIKEN
De meeste Jehovah’s Getuigen hebben ongetwijfeld de uitgebreide profetie van Jezus over het teken van het besluit vele malen gelezen en herlezen. Maar laten we eerst met de bovenstaande vraag in het achterhoofd, namelijk of valse religie eerst ten onder zal gaan, nog eens een keer lezen en redeneren over bepaalde gedeelten uit het 24ste hoofdstuk van Mattheüs.
In Mattheüs 24: 15-22 gaf Jezus aan dat de verdrukking begint zodra het profetische ‘walgelijke ding’ ervoor zal zorgen dat Gods heilige plaats wordt verwoest. Op dit moment heeft het Wachttorengenootschap de moderne “heilige plaats” geïdentificeerd als de heidense christenheid, omdat de geestelijkheid van de heidense christenheid beweert dat ze christelijk zijn, terwijl ze in werkelijkheid afvallig en verdorven is, net zoals Jeruzalem dat was in de tijd van Christus. Echter laat Jezus duidelijk zien in de volgende reeks verzen dat valse religie nog enige tijd zal blijven bestaan nadat de profetische heilige plaats onder de voet zal worden vertrapt. Na een beschrijving van de wanhopige tijden die over de wereld zullen komen, zei Jezus in Mattheüs 24: 23-27: “Als iemand dan tegen jullie zegt: “Kijk! Hier is de Christus” of: “Daar!”, moeten jullie het niet geloven. Want er zullen valse christussen en valse profeten verschijnen, die grote tekenen en wonderen zullen doen in een poging zelfs de uitverkorenen te misleiden. Maar ik heb jullie van tevoren gewaarschuwd. Als mensen dus tegen jullie zeggen: “Kijk! Hij is in de woestijn”, ga er dan niet heen. En als ze zeggen: “Kijk! Hij is in de binnenkamers”, geloof het dan niet.”
De context van het woordje “dan” in het bovenstaande stuk uit de profetie van Jezus, heeft betrekking op “dan” (tijdens de verdrukking), na de vernietiging van de tegenbeeldige heilige plaats door het profetische walgelijke ding. Echter, wanneer de verwoesting van de heilige plaats de vernietiging van de heidense christenheid voorstelt, zoals nu door het Wachttorengenootschap wordt onderwezen, hoe kan het dan mogelijk zijn dat er tijdens de verdrukking allerlei valse profeten en valse messiassen actief zullen zijn die wonderen en grote tekenen zullen verrichten gedurende een periode nadat alle valse religie al zou zijn geëlimineerd? De Wachttoren-organisatie heeft hierop geen enkel antwoord.
Echter zou hier zonder enige twijfel voor iedereen duidelijk moeten worden dat de Meester doormiddel van deze profetie de bedoeling had om zijn getrouwe volgelingen te waarschuwen voor het gevaar dat zij tijdens de verdrukking misleid zouden kunnen worden door valse religieuzen. De oorzaak van deze opvallende tegenstrijdigheid is dat het Wachttorengenootschap de betekenis van de heilige plaats uit de profetie van Jezus Christus verkeerd heeft geïnterpreteerd doordat ze onderwijzen dat de heilige plaats van Jehovah de heidense christenheid symboliseert.
Als een realistisch hypothetisch voorbeeld van hoe valse profeten en nep-messiassen in de nabije toekomst zouden kunnen opereren, zouden we bijvoorbeeld het volgende aannemelijke scenario eens nader moeten beschouwen: In de afgelopen jaren zijn diverse kerkelijke evangelicals snel ingehaakt op de Armageddon-hype. Er zijn talloze boeken en websites gepubliceerd met de meest uiteenlopende eindtijdscenario’s. Echter zien we onder hen elke keer een gemeenschappelijk thema de kop opsteken en dat is namelijk de leer dat de oprichting van de moderne staat Israël een Bijbels teken zou vormen dat Christus spoedig zal terugkeren en dat Armageddon letterlijk in het Midden-Oosten zal worden uitgevochten door verschillende landen die oorlog met elkaar zullen voeren.
Een van de wat meer invloedrijke eindtijd-orakels is Hal Lindsy. Feitelijk is de evangelische eindtijd-theologie niets meer dan een uitgebreide vorm van Anglo-Zionistische propaganda die zijn wortels heeft in het 19de-eeuwse, door Londen ontworpen Brits-Israëlisme. Echter, wat zou er nou gaan gebeuren wanneer er een nucleaire oorlog zou plaatsvinden in het Midden-Oosten? Het zou onnodig zijn om te zeggen dat zelfs een beperkte nucleaire aanval met mini-kernwapens er direct in zou resulteren dat de wereld massaal zou worden opgeschrikt. In een daaropvolgende periode van angst en hysterie is het absoluut denkbaar dat er vooraf gepositioneerde valse profeten op de voorgrond zullen komen te staan die dit al die tijd al zouden hebben voorspeld. Misschien zouden de goedgelovigen daarnaast ook nog door allerlei soorten Hollywood-special-effects kunnen worden bedrogen door hen te laten geloven dat Christus werkelijk ergens “in de wildernis” van het Midden-Oosten zou zijn verschenen.
Gezien het feit dat Babylon de Grote een ware bron vormt voor een verscheidenheid aan valse messiassen die blijkbaar allemaal op de achtergrond aan het wachten zijn op het moment waarop ze de lichtgelovigen kunnen beginnen uit te buiten tijdens de komende tijden van verwarring en terreur, dienen we ook nog een ander mogelijk scenario in overweging te nemen: een man die bekend staat onder de naam “Benjamin Crème” is een prominent New Age-orakel die op lichtzinnige wijze wordt geassocieerd met de Nieuwe Wereldorde en de Verenigde Naties. Hij beweert dat hij de woordvoerder is van de nieuwe-wereldmessias. De onzichtbare entiteit waarmee hij communiceert, genaamd Maitreya, was zogenaamd de meester van Christus en Crème predikt dat Maitreya op het punt staat om zelf persoonlijk op aarde te verschijnen. Dus nogmaals, tijdens het hoogtepunt van alle hysterie rondom een wereldwijde ramp, lijkt het er ineens op dat “Lord Maitreya” ineens verschijnt midden in de “binnenkamers” van het New Age-heiligdom van de Verenigde Naties.
Geen wonder dus dat Jezus benadrukte dat zelfs zijn eigen uitverkorenen misleid zouden kunnen worden, en daarom zei hij ook: “Maar ik heb jullie van tevoren gewaarschuwd.“ Deze waarschuwing van Jezus wordt nog veel belangrijker met het oog op het feit dat het gebrek aan onderscheidingsvermogen aan de kant van het Wachttorengenootschap aangaande deze essentiële zaken, ervoor heeft gezorgd dat Jehovah’s Getuigen in een bijzonder kwetsbare positie terecht zijn gekomen waarin ook zij zouden kunnen worden misleid!
Het is opmerkelijk dat Jezus zijn volgelingen aanspoorde om onderscheidingsvermogen (inzicht) te gebruiken toen hij sprak over de gebeurtenissen van de verdrukking. Mattheüs 24:15 luidt: “Wanneer jullie daarom het walgelijke ding dat verwoesting veroorzaakt, waarover de profeet Daniël sprak, in een heilige plaats zien staan (lezer, gebruik inzicht),“
In de oudere Nieuwe Wereldvertaling lezen we in Mattheüs 24:15: Wanneer GIJ daarom het walgelijke ding dat verwoesting veroorzaakt, waarover door bemiddeling van de profeet Da̱niël gesproken is, in een heilige plaats ziet staan (de lezer gebruike onderscheidingsvermogen)
Ten aanzien van wat uit de profetie van Daniël moeten we onderscheidingsvermogen hebben?
Wat namelijk moet worden onderscheiden is het feit dat de heilige plaats verwijst naar de gemeente van Christus die uit heiligen bestaat. In Daniël 11:31 staat bijvoorbeeld: “Er zullen legers opstaan die uit hem voortkomen en ze zullen het heiligdom, de vesting, ontwijden en het vaste kenmerk verwijderen. En men zal het walgelijke ding dat verwoesting veroorzaakt oprichten.“
Ook Daniël 12:11 legt een verband tussen de plaatsing van het walgelijke ding en de verwijdering van het vaste kenmerk. Er staat: “En vanaf de tijd dat het vaste kenmerk verwijderd is en het walgelijke ding dat verwoesting veroorzaakt is opgericht, zullen er 1290 dagen zijn.“
Het achtste hoofdstuk van Daniël noemt het walgelijke ding niet bij naam. In plaats daarvan wordt de koning met een meedogenloos uiterlijk beschreven die de zonen van het koninkrijk zal verpletteren en die het vaste kenmerk zal verwijderen en Gods heilige plaats zal vertrappen. Echter legt dit gedeelte van de Schrift een aantal belangrijke sleutelverbanden voor de lezer die beschikt over onderscheidingsvermogen, in die zin dat de verlichtende engel aangeeft dat het vaste kenmerk van onze aanbidding en de heilige plaats onderdeel uitmaken van hetzelfde ding. Niet alleen dat, ze zullen ook nog eens worden vertrapt en worden verwoest.
Daniël 8: 11-13 luidt: “Hij verhief zich zelfs tegen de Vorst van het leger. Hem werd het vaste kenmerk ontnomen en de vaste plaats van zijn heiligdom werd omvergehaald. Het leger werd samen met het vaste kenmerk overgeleverd vanwege overtreding. Hij bleef waarheid ter aarde werpen en hij slaagde in wat hij ondernam. Ik hoorde een heilige spreken, en een andere heilige zei tegen degene die sprak: ‘Hoelang zal het visioen duren over het vaste kenmerk en de overtreding die verwoesting veroorzaakt en over het vertrappen van de heilige plaats en het leger?“
Door parallelle profetieën in Daniël te vergelijken, kan de lezer in staat worden gesteld om te onderscheiden dat de heilige plaats uit de profetie van Christus, die voorbestemd is om verwoest te worden en om vertrapt te worden door een walgelijk ding, in werkelijkheid dus de geestelijke tempel van God is – en dus zeker niet de heidense christenheid. Ongetwijfeld zal de “overtreding die verwoesting veroorzaakt” de afvalligheid zijn geweest van het Wachttorengenootschap door een ngo partnerschap met de VN aan te gaan en daarnaast ook vanwege de huichelarij aan de kant van Bethel ten aanzien van hoe zij zijn omgegaan met de vele gevallen van wreed seksueel kindermisbruik. Daarom zei Jezus ook dat de verwoesting van de heilige plaats een tijd zou zijn waarin er zou worden tegemoetgekomen aan gerechtigheid.
Ook de overlappende profetieën betreffende de koning met een meedogenloos uiterlijk; de 11e hoorn van het beest in het 7de hoofdstuk van Daniël; het walgelijke ding en de laatste manifestatie van de koning van het noorden, evenals de 8ste koning uit Openbaring, beelden allemaal verschillende aspecten uit van dezelfde politieke entiteit – namelijk de Verenigde Naties van de toekomst. Als dat het geval is, zal, wanneer de 8ste koning de gezalfde gemeente van God zal verwoesten, de symbolische hoer van Babylon schrijlings op haar beest zitten. Op die manier zullen Jehovah’s Getuigen worden overwonnen en gevangengenomen worden door Babylon de Grote.